Heeft vis nog toekomst?
De wereld der visserij kent vele gezichten en herbergt een hoop verhalen. De visser, de handelaar en de consument; allemaal draaien ze mee in een sector die ze elk op een verschillende manier bekijken. Een kijk op de licht- en pijnpunten van het belangrijkste exportproduct binnen het agrarisch gebeuren.
Op de Centrale Markt van Paramaribo komt de geur van vis je al snel tegemoet. Lang is het in ieder geval niet zoeken naar je gewenste portie vis. Zowel in het overdekte gedeelte als buiten aan het water hangen diverse soorten aan tonnen of liggen ze op tafels. Als je de handelaren op hun woord mag geloven dan koop je niet gewoon vis, maar dagverse vis. Voor wie bewijs zoekt, is vroeg opstaan de boodschap.
Het is half zes ’s morgens en de eerste vissersboten meren aan. Het tijdstip van aankomst schommelt iedere dag tussen vijf en zes uur. Op de kade spreidt men zeilen uit en manden worden aangedragen. Van de boten naar de wal is het met armen vol vis balanceren over planken ter breedte van een voet. Handelaren komen ondertussen samen om de vangst te inspecteren. Eén van de omstanders vertelt dat hij vroeger ook nog mee ging op de boten maar daar is hij al enkele jaren geleden mee gestopt. “Het leven van een visser is hard. Ik zou de zee niet meer op willen als ik mijn geld ook op een andere manier kan verdienen. Je hebt geen moment rust en vissers zijn zulke lastige mensen om mee samen te werken”, lacht hij vervolgens. De meesten lijken die gedachte te delen, want het overgrote deel van de sector ligt in Guyanese of Zuidoost-Aziatische handen. Surinamers zijn vaak wel de eigenaren van de boten en de vergunningen, maar aan het vissersbestaan zelf wagen ze zich niet.
Gezonder
In de lokale visspeciaalzaken hoor je steeds dezelfde missie weerklinken: de bevolking stimuleren vaker vis te eten en daardoor gezonder te leven. Een medewerker van viswinkel Mm Seafood aan de Oude Charlesburgweg in Paramaribo vertelt over de vijf jaar die hij al in de winkel werkt. Hij wenst anoniem te blijven.“Surinamers zijn niet zulke grote viseters maar toch vond er door de jaren heen een verschuiving plaats. Mensen gaan meer bewust om met hun voeding en vis wint aan populariteit. Ik merk dat onze klanten het liefst botervis, bang-bang of snoek op hun bord krijgen. De laatste tijd komt er ook een kleine vraag op naar de meer onbekende soorten zoals makreel en barracuda. “Suriname is rijk aan diverse vissoorten maar als de sector doorgaat op de manier waarop ze nu bezig is, voorspel ik geen rooskleurige toekomst”, zucht de medewerker. “De vraag mag dan wel stabiel blijven, het aanbod zal zeker dalen. De Surinaamse wateren worden helemaal leeggevist en dat zal zich de komende vijf tot tien jaar wreken. Er zitten zoveel buitenlanders in ons gebied en er zijn geen regels, ze vissen waar en op wat ze willen. De afgelopen vier jaar hebben vijf Chinese vissersboten een vergunning gekregen van de regering. Ik heb daar op zich geen moeite mee, als er maar toezicht wordt gehouden. Licenties kunnen niet geleverd worden na een donatie in de politieke pot. Er werd door de jaren heen, zonder enige limiet, vreselijk veel snoek, bang-bang en jarabaka gevangen en dat laat zich nu voelen. Elk jaar stijgen de prijzen.”
Prahlad Sewdien is voorzitter van de Surinaamse Seafood Associatie, die de sector vertegenwoordigt. Volgens hem wordt vanuit de organisatie sterke druk uitgeoefend om de controle te verscherpen. “In 2008 werd geïnvesteerd in satellieten om illegale visserij op te sporen. Wie inbreuk pleegt op de regels wordt zwaar beboet en dat werpt zijn vruchten af. Bovendien is ons visgebied opgedeeld in zones. De boten voor de bevolkingsvisserij mogen maar vangen tot een diepte van achttien meter en de grotere vaartuigen, waaronder de Chinese vissersboten, beginnen te vissen vanaf 27 meter. Zo kunnen ze elkaar niet storen.”
Schommelingen
Voor de consument is het vaak zoeken naar de juiste plaats en het juiste moment om bepaalde vis te kopen. Hoewel er geen echte visseizoenen gelden, loopt de beste periode om te vissen ongeveer van eind maart tot oktober. De overige maanden neemt de vangst wat af. In die mindere periode schieten de prijzen de lucht in. Ook bij Mm Seafood kennen ze dat fenomeen. “Ik heb het dan niet over schommelingen die te verwaarlozen zijn. Een hoopje botervis kan stijgen van twaalf srd naar 25 srd. Take it or leave it, zo zou het niet mogen zijn. “Het gebrek aan een controleapparaat is iets dat hier zeker speelt. Er is immers geen visafslag die bemiddelt in de verkoop aan de handelaren. Als die instelling de vangst, na kwaliteitscontrole, zou opkopen dan wordt de visser direct betaald en kan hij de volgende dag de zee weer op. De afslag verkoopt weer aan derden en zo blijft de prijs onder controle. Nu meren de vissers overal aan en is er geen overzicht. Iedereen bepaalt zijn eigen prijzen. Concurrentie is een goede zaak, maar er zijn grenzen, het moet gezonde concurrentie blijven. Wat nu gebeurt, is de bevolking onder druk zetten.”
Sewdien geeft toe dat de sector moeilijke jaren kende maar er wordt niet lijdzaam toegekeken. “De minister van landbouw wordt wel degelijk gecontroleerd op het toekennen van vergunningen. Sinds 2005 is er een Raad van Overleg voor Zeevisserij waarin het aantal licenties en de rechten en plichten bij wet geregeld worden. Daarin zitten vijf afgevaardigden van de overheid en vijf van de particuliere sector. Zo kunnen we toezicht houden op het beleid. En verder is het de bedoeling om de vangst onder controle te houden en het bewustzijn bij vissers aan te scherpen. Want we moeten natuurlijk ook aan de volgende generaties denken. Het maximum aantal vergunningen staat vast en zodra een gerucht de ronde doet over illegale vissers, wordt dat nagetrokken.” Het aantal licenties werd voor 2010 vastgelegd op 530, verdeeld over de verschillende viscategorieën.
“Ondertussen kunnen we als organisatie meer in detail gaan treden”, zegt Sewdien. “Zo willen we bijvoorbeeld de bewerking tot kant-en-klaarmaaltijden aanmoedigen. Consumenten vragen gemakkelijke producten, er is geen tijd meer om de vis eerst schoon te maken. Enkele bedrijven hebben de start al gemaakt, maar de nieuwe apparatuur vraagt een grote investering. Apparatuur om bijvoorbeeld loempia’s of visballetjes te maken. Eerst willen we zien hoe de lokale markt hierop reageert, daarna kunnen we misschien aan export denken.”
Surinaamse visexport in cijfers:
Jaar Hoeveelheid Waarde in USdollar
2005 19.856.631 kg 34.129.854
2006 21.988.571 kg 32.411.664
2007 23.768.146 kg 33.939.289
2008 23.439.120 kg 26.084.244
De belangrijkste exportlanden zijn Jamaica, de Verenigde Staten en Nederland.
Bron Algemeen Bureau voor de Statistiek (ABS)