Heibel rond een brug
Veel bewoners van grote delen van Para wachten al jaren met smart op een nieuwe Carolinabrug over de Surinamerivier. Maar een fikse aanvaring gooide kort voor de opening eind vorig jaar roet in het eten. De aannemer zit nu met de armen over elkaar, terwijl het ministerie van Openbare Werken en de verantwoordelijke voor de aanvaring, Rudisa, kibbelen over de schade.
De bouw van de Carolinabrug is begonnen in oktober 2005. De planning was toen dat deze binnen zestien maanden gereed zou zijn. Inmiddels zijn we 28 maanden verder en is de oude houten Carolinabrug, die in 2001 door een aanvaring werd vernield, nog steeds niet vervangen door een betonnen exemplaar. De nieuwe brug zou op 25 november vorig jaar opgeleverd worden, maar in oktober voer een schip van het bedrijf Rudisa zo hard tegen een pijler, dat twee, en later nog een derde wegdeel in het water terechtkwamen. De bouw kan pas weer worden voortgezet als de rommel is opgeruimd en de schade is betaald.
Sinds het begin van de bouw is de Carolinabrug acht keer aangevaren. De eerste aanvaring was op 23 juni 2006, door het schip Victoria I. Projectleider Prishad Parmessar van bouwbedrijf Van Kessel vertelt: “We hadden toen schuurschade aan de brug, en kwamen bij de eigenaar van de boot om er werk van te maken. Die eigenaar lachte ons straal uit en zei ‘ga maar naar de rechter’. Zo goed zijn de zaken dus geregeld bij ons op het water. We hebben de zaak laten rusten, we hadden geen zin in een lange procedure.”
Na die eerste aanvaring zijn er nog zeven kapiteins geweest die de vaargeul niet goed wisten te vinden. “De vaargeul is met betonning duidelijk door de Maritieme Autoriteit Suriname, de MAS, aangegeven en van tevoren is het ook allemaal bekend gemaakt”, zegt Parmessar terwijl hij foto’s laat zien van de brug in aanbouw en de boeien die de vaargeul markeren. “De aanvaringen zijn allemaal ’s avonds gebeurd. Elke avond vaart er minimaal één schip langs de brug en dat gaat, op die acht schepen na, altijd goed. Je kan dus niet zeggen dat het niet goed is aangegeven. Het laatste schip dat tegen de brug voer, een schip van het bedrijf Rudisa, was 55 meter buiten de vaargeul. Dat is geen klein foutje.”
De aanvaringen van de Carolinabrug hadden voorkomen kunnen worden als er remmingswerken waren geplaatst. Parmessar: “De remmingswerken kunnen pas geplaatst worden als het ministerie van Openbare Werken daar opdracht toe geeft. We hebben er herhaaldelijk op aangedrongen, maar OW is nog steeds in overleg.” Voor het plaatsen van de remmingswerken is het nu te laat. Het is onbegrijpelijk dat zoiets belangrijks in twee jaar tijd niet is gebeurd. Minister Kandhai en OW-directeur Roy Hoebba hadden ondanks herhaalde verzoeken beiden ‘geen tijd’ om hierop tegenover de redactie van Parbode te reageren.
Er doen verhalen de ronde dat de kapitein die de schade heeft veroorzaakt, dronken was en al voor de vierde keer tegen de brug aan was gevaren. Parmessar meent dat het de tweede keer was dat het een boot van Rudisa betrof en doet geen uitspraken over de mogelijke dronkenschap. Dilip Sardjoe, directeur van Rudisa, ontkent dat zijn boot de brug aangevaren heeft: “Hij heeft een pilaar aangevaren. Voor zover ik weet is een pilaar geen brug. De onderzoekers zijn nu nog met de zaak bezig, dus ik wacht dat af. Tot die tijd wil ik er geen uitspraken over doen. Wat ik wel schandalig vind, is dat ze mij niet hebben gevraagd of ik aan het onderzoek mee wilde werken. Ineens lag er een onderzoeksrapport op mijn bureau.”
Het dagblad de Ware Tijd schreef dat Rudisa moet opdraaien voor de schade van 1,2 miljoen US dollar. Sardjoe, die ook directeur is van dagblad Times of Suriname, is niet van plan dat te betalen, omdat “het in jullie krant staat. Mijn krant schrijft niet dat ik iets moet betalen. Als morgen in mijn krant staat dat Parbode 1 miljoen moet betalen, doen jullie dat dan? Nee, en ik ga ook niet betalen omdat het toevallig in de krant staat. Ik vind het sowieso nogal prematuur om er een artikel over te maken. Trouwens, Parbode is toch een uitgave is van de Ware Tijd.” Waar hij die kolder vandaan heeft, mag Joost weten.
Prematuur of niet, feit blijft dat Suriname nog minimaal een jaar moet wachten op de Carolinabrug. Maar ook de bouw van de brug over de Saramaccarivier bij Uitkijk, dat ook een onderdeel vormt van het dertig bruggen-project, is vertraagd. Die zou al in december worden opgeleverd. Nu denken arbeiders op het project dat het zeker nog twee maanden zal duren voordat voetgangers er overheen kunnen, terwijl auto’s nog veel langer moeten gaan wachten. Naar verluidt overweegt OW om ook daar nu maar eerst remmingswerk aan te leggen. Naar verluidt, hè, want helaas: ‘geen commentaar’.
Marieke Roeleveld