Help wanted m/v
Het toerisme heeft Suriname ontdekt en Suriname heeft het toerisme ontdekt. Dientengevolge worden er in allerijl hotels gebouwd, schieten de ressorts als paddenstoelen uit de grond en opent het ene etablissement na het andere zijn deuren. Prachtig en geweldig, allemaal bedden en biefstukken die voor dollars en euro’s verkocht kunnen worden aan toeristen. Landen om ons heen leven er zelfs van. Alleen, wie gaan eigenlijk het werk doen in al die hotels, ressorts en restaurants? Wie maken de bedden op, shaken de cocktails en bakken de biefstukken?
Weinig hulp valt te verwachten van het Suriname College for Tourism and Hospitality. Deze particuliere opleiding pretendeert vooral staf- en lijnmanagers voort te brengen. Niks mis mee, en zeker in de toekomst zelfs bijzonder welkom. Dat de behoefte er is blijkt wel uit het feit dat sommige van de studenten al tijdens hun studie als leidinggevende werken. Maar wie gaat ondertussen dat bord wat klaar staat wegbrengen? De kans is namelijk groot dat die buitenlandse toerist het op prijs stelt wanneer het eten binnen een redelijke tijd op een redelijke temperatuur op tafel staat. Het aantal managers dat er over denkt hoe dat gebeurt zal hem/haar een worst zijn. Eén kok en één ober zijn voldoende, als het smaakt en vriendelijk geserveerd wordt mag het zelfs dezelfde persoon zijn.
De vraag is echter of er voldoende van die personen in Suriname zijn, wanneer bijvoorbeeld het Royal Torarica, Best Western en Marriott zo’n beetje tegelijk hun deuren openen. Met alleen het voornoemde Suriname College, een handjevol interne trainingen, wat gedoneerde cursussen en alle bijgeleverde certificaten, lijkt het niet eens zo’n vreemde gedachte dat er binnen afzienbare tijd een schreeuwend tekort aan horecapersoneel zal zijn, laat staan aan gediplomeerd horecapersoneel.
Sherry
Lastig, het succes van toerisme is nu eenmaal meer afhankelijk van de beleving van de toerist en minder van de omzet van de lokale middenstand. Horeca geldt als een visitekaartje van een land en dus ook van het toerisme. Het is nog niet eens zo lang geleden dat een vriendelijke, wat oudere dame uit Engeland verbaasd opkeek toen ze een medium sherry bestelde, en er een medium petfles rode soft van Fernandes op tafel verscheen.
Wat dat betreft is de Surinaamse horeca er de afgelopen jaren niet op achteruit gegaan, met de gestage groei van het aantal horecabedrijven groeide het niveau van de dienstverlening in gelijke tred. Wat gaat er echter gebeuren bij de toeristische explosie die ons volgens de deskundigen te wachten staat. Een prachtig hotel zonder kamermeisjes schiet natuurlijk niet op.
Daar komt bij, de toeristen die Suriname over het algemeen bezochten, waren hier vaak vanwege sentimentele redenen en hadden op de een of andere manier een band met Suriname waardoor sommige dingen weliswaar erg kritisch werden benoemd, maar nog meer zaken ook met de mantel der liefde werden bedekt. Een verkeerde bestelling, een dubbel geboekte kamer, het was allemaal vervelend maar overkoombaar, bovendien was men nu eenmaal in Suriname, yu sabi, toch? De toerist anno 2007 en verder, mist deze sentimenten en verwacht een professioneel en kwalitatief hoogwaardig product. Niet alleen fysiek door gebouwen, taxi’s en de kwaliteit van het eten, maar ook op het gebied van de dienstverlening. Wil Suriname het toerisme laten groeien en blijven behouden dan zal er serieus geïnvesteerd moeten worden in opleidingen.
Een goed begin hierin is gemaakt door het Waaldijk College en de Openbare Nijverheidsschool. Door een samenwerking met het Regionaal Opleidingscentrum Midden Nederland biedt het Surinaams Beroepsonderwijs vanaf januari 2008 de mogelijkheid voor de middelbare beroepsopleiding kok en gastheer/gastvrouw. Beide opleidingen duren twee jaar en worden bekroond met een internationaal erkend diploma. Het principe is simpel, studenten werken vier dagen in de week in een horecabedrijf, waar ze in de praktijk als aankomend kok of gastheer functioneren en krijgen een dag in de week theoretisch onderricht van gekwalificeerde docenten. In de bedrijven waar de studenten werken worden ze begeleid door ervaren horecapersoneel, wat op hun beurt weer wat opsteekt van de up to date kennis die de student meebrengt.
Dat de behoefte aan deze opleiding bestaat kwam al aan het licht tijdens een aantal eerder verzorgde opleidingen ‘basiscursus horeca assistent’ die het Waaldijk College samen met het consultants- en trainingsbedrijf Partners in Hospitality verzorgde. De beschikbare plaatsen voor deze drie maanden durende opleidingen waren snel bezet en de inmiddels afgestudeerde cursisten hebben veelal een baan in een horecabedrijf gevonden. Het is dan ook te hopen dat de middelbare beroepsopleidingen die per januari aan worden geboden eenzelfde enthousiaste toeloop zullen kennen. Het werk zal er in de toekomst zonder meer zijn, het wachten is op het personeel. Het nieuwe beroepsonderwijs biedt daarin een uitkomst. Vooralsnog echter levert deze opleiding pas over twee jaar de beoogde internationaal gediplomeerde koks en gastheren of gastvrouwen af. Nu maar hopen dat al die toeristen nieuwe stijl niet morgen op de stoep staan, dan kon het wel eens een heet hoogseizoen voor de Surinaamse horeca worden.