‘Ik doe wat ik het liefste wil doen’
Het is inmiddels alweer meer dan 25 jaar geleden dat topzwemmer Anthony Nesty het allereerste olympische goud won voor Suriname. Nesty behaalde zijn titel in 1988 in Seoul, Zuid-Korea, op de 100 meter vlinderslag. Ondanks veel zwemtalent in Suriname, is het tot nu toe niet gelukt er een titel aan toe te voegen. Maar wie weet komt daar binnenkort verandering in: de negentienjarige Renzo Tjon A Joe is ervan overtuigd dat hij Nesty zal volgen. “Ik wil olympisch goud halen.”
Renzo ‘Roos’ Tjon A Joe is vastberaden. Die gouden plak op de 50 meter vrije slag is voor hem, en ook de 100 meter vrije slag komt in beeld. Het zou zomaar kunnen dat de eerste al deze maand bij de wereldkampioenschappen in het Russische Kazan binnengehaald gaat worden. Maar op de Olympische Spelen volgend jaar, in Rio de Janeiro, ligt Tjon A Joes eerste echte kans om in de voetsporen van Nesty te treden. Iedere dag brengt hij offers en traint hij om een stap dichter bij het verwezenlijken van zijn olympische droom te komen. Hij heeft het er graag voor over, zo zegt hij in gesprek met Parbode.
Tjon A Joe oogt ontspannen, zelfverzekerd en gefocust. De volgende ochtend zal om vijf uur de wekker gaan voor de eerste trainingssessie van de dag. Zo gaat het iedere ochtend. Minstens zes uur per dag training; drie uur ’s ochtends en drie uur ‘s middags. Een dag niet getraind, is een dag niet geleefd, zo lijkt het. Tjon A Joe: “Als ik niet om vijf uur opsta en in mijn bed blijf liggen, omdat ik even geen zin heb of moe ben, dan zijn er anderen die wel opstaan en gaan trainen. Zij gaan, net als ik voor goud. Iedere dag maak je die keuze opnieuw. En dus train ik harder dan wie dan ook.” Trainen is voor hem geen straf. “Ik hou van zwemmen. Sterker nog, ik ontdekte mijn ‘secret love’ tijdens de training. Ik doe wat ik het liefste wil doen. Het plezier dat het zwemmen me geeft en het gevoel na een training zijn verslavend.”
Lees het volledige interview in de augustuseditie van Parbode. Nu in de winkel!