Is Surinaams goud beter?
Onder de Surinamers bestaat nog altijd het idee dat sieraden gemaakt van Surinaams goud van een betere kwaliteit zijn. Maar is dat ook echt zo?
Drieduizend jaar voor Christus werd goud al gewaardeerd om haar edele eigenschap. En in de pre-Columbiaanse tijd werd goud gebruikt in de tempels. In de Middeleeuwen hebben verscheidene alchemisten tevergeefs geprobeerd om goud na te maken.
Eén van de belangrijke eigenschappen van goud is dat het metaal geen binding aangaat met de lucht, zoals bijvoorbeeld ijzer en koper. IJzeroxide is niets anders dan roest. Vandaar dat men spreekt van edelmetaal. Andere edele metalen zijn zilver en de plati-nafamilie. Een hoog smeltpunt (1062 graden Celcius), soortelijk gewicht en buigzaamheid zijn de andere eigenschappen van goud.
In pure vorm is goud te zacht voor het maken van sieraden: het zal gauw vervormen en slijten. Vandaar dat goud wordt gelegerd met andere metalen. De meest gangbare karaatgehalten in Suriname zijn 14kt, 18kt en 22kt. Deze benamingen zijn later internationaal vervangen met de getallen 585, 750 en 916 om het gehalte nauwkeuriger aan te geven. 585 op duizend delen kan vertaald worden als 58,5 procent van het volume is goud. Dit geldt dus ook voor 750 en 916.
Puur goud wordt nooit met duizend aangegeven, maar met 999 omdat men ervan uitgaat dat goud niet helemaal tot het duizendste deel zuiver kan zijn. De metalen waarmee goud wordt gelegeerd, zijn gewoonlijk zilver en koper. Dit heeft niet alleen te maken met de prijs en hardheid, maar ook met de kleur. Over dat laatste struikelen de meeste Surinamers die sieraden kopen of laten wassen.
Goudbad
Aan het begin van de twintigste eeuw tot de Tweede Wereldoorlog bestond er nog geen dollargeoriënteerde wereld. Om toch het geld om te zetten in internationaal monetaire valuta, namen contractarbeiders goud in de vorm van sieraden mee op de terugkeer naar hun geboorteland.
Wie waren de goudsmeden in Paramaribo? Dat waren de Chinezen die naar hun cultuur en traditie sieraden in hoge karaatgehalten maakten. Dit was echter niet voor een ieder betaalbaar, dus werden ook sieraden gemaakt in 12kt, 14kt en 18kt, die zij dan een goudbad gaven om het net zo mooi te laten uitzien als een echte 22kt sieraad! Deze gewoonte om sieraden een goudbad te geven, is generatie op generatie blijven bestaan, zodat Surinamers niets anders gewend zijn dan die warme kleur van puur goud. Wassen van sieraden betekent volgens Surinaamse begrippen dan ook het vuil wegwassen, poetsen en een goudbad geven. Voor moesje, mai of maè is het laatste ook zeer belangrijk: a gowtu musu gerie! Het moet de indruk geven dat het sieraad van een hoog gehalte is.
Deze cultuur zie je niet bij Surinamers die geboren of opgevoed zijn in Europa. Voor die groep moet de kleur origineel zijn en niet met een goudbad mooier zijn gemaakt. Sieraden gezet met diamanten zijn ook het mooist zonder goudbad. Het goudbad geven, had ook een ander doel, namelijk om de originele kleur te camoufleren. Door het microlaagje goud kon je immers niet zien wat de originele kleur van de legering is.
In de zestiger jaren, toen zilver heel duur werd omdat veel landen dit in hun munten verwerkten, werd bijna alleen met koper gelegeerd. Het goud werd daardoor rood. Het goudbad als finishing touch camoufleerde deze esthetische afwijking.
Volgens juwelier Max Chin A Sen junior is de gangbare verhouding van zilver en koper in de legering half om half. Om een simpele voorbeeld te geven: veertig gram 18kt bestaat uit dertig gram goud en vijf gram zilver om vijf gram koper. Chin A Sen houdt de kleur van zijn sieraden naturel, dat wil zeggen: zonder goudbad in de kast. Hij weet dat in het buitenland in verhouding meer zilver dan koper wordt gebruikt (6:4), waardoor het goud er bleker uitziet.
Witgoud
In het laatste decennium is witgoud bijzonder populair gemaakt door modehuizen en artiesten zoals Jennifer Lopez, die witgouden sieraden droegen. Witgoud komt alleen voor in 14kt en 18kt en is het ‘goedkope’ antwoord op de peperdure platina. In de legering gaat naast zilver en koper ook nikkel of palladium (een familielid van platina) voor de wit metalenkleur. Nikkel wordt het meest gebruikt, maar het nadeel ervan is dat sommige mensen daarvoor gevoelig zijn.
De staalachtige kleur van witgoud, die duidelijk van zilver verschilt, komt door het witgoudbad om de kleur te verbeteren. De legering bestaat immers voor het grootste deel uit goud, waardoor het er van nature geelachtig uitziet. Vandaar dat witgouden sieraden na een poetsbeurt in een rodiumbad worden gedaan.
Naast welvaart is het kopen en dragen van goud aan traditie, gevoel en mode gebonden. Voor de Surinamer moet goud er zo geel mogelijk uitzien, maar wat velen niet weten, is dat niet elke goudkleur past bij elk huidtype. Witgoud past het mooist op de bruine huid en de warme kleur van 18kt of 22kt staat het mooist bij donkere personen. Houd het echter op de 14kt naturel voor de blanke Europeaan en op de bleke Chinese huid komt roodgoud het best tot uiting. Gouden sieraden komen overigens ook voor met een groene of roseachtige tint, terwijl black gold niets anders is dan witgoud met een rhodiumlaag.
Zijn Surinaamse sieraden, zoals sommige ouderen stellig geloven, beter dan de buitenlandse, omdat ze van Surinaams goud zijn gemaakt? Het antwoord is dat goud van waar dan ook ter wereld, dezelfde formule en eigenschappen heeft en dus overal hetzelfde is.
Er bestaat ook geen verschil tussen riviergoud en goud uit de grond. Alleen de legering, verhouding koper en zilver, én het gebruikte soldeer maken het verschil. Bij een Surinaams sieraad gaat het ook om handgemaakt vakwerk en het gevoel dat het edele metaal uit eigen bodem komt. Het goudbad mag daarbij absoluut niet ontbreken.
Van grondstof tot zuiver goud |
Om goud uit het binnenland te zuiveren, wordt eerst het kwik uitgebrand. De goudsmid gaat er vervolgens met een magneet overheen om alle ijzerdeeltjes te verwijderen. Daarna wordt het goud uitgekookt in salpeterzuur om het van alle onedele metalen te ontdoen. Wat overblijft is 22kt goud. Om het verder te zuiveren tot 24kt, wordt het goud met koper gesmolten, platgewalst en opnieuw uitgekookt. Dit proces herhaalt men totdat alle koper en andere restmetalen zijn verdampt. Voor het maken van een goudbad werken de goudsmeden met het zeer giftige cyaankali. |