Kunstschatten
Kunsthistoricus Bart Krieger bespreekt elke maand een kunstwerk
Vale gier
Kunstwerken zijn op verschillende manieren te ‘lezen’. Met het oog, het hart en het hoofd. Het oog levert een objectieve beschrijving op, het hart een emotionele subjectieve en het hoofd kan het geheel in context plaatsen en hier betekenis aan geven. Deze maand Vale gier door Wim Eriks.
Wat zien we?
Een vogel in een boom, die met epifyten is begroeid.
Wat voelen we?
Geen emotie, wel is een bepaalde ruimte en rust te ervaren.
Wat denken we?
Wim Eriks heeft een bepaald perspectief gekozen, waarmee de toeschouwer als een ware Tarzan of Jane hoog in de boomtoppen van het oerwoud de omgeving gade slaat. De zee van verschillende kleuren groen wordt doorbroken door het contrasterende grijs-witte verenkleed van een vale gier. Er is geen actie: rust, ontspanning en contemplatie overheersen in dit werk. Het is alsof we kijken naar een verstilde uitzending van National Geographic. In dit opzicht is het werk goed te vergelijken met dat van Gerrit Willem Dijsselhof (1866-1924), een Nederlandse schilder uit de negentiende eeuw. Dijsselhof gooide hoge ogen bij het publiek met zijn talloze schilderijen van voornamelijk vissen met een karakteristiek gedempt lichteffect. Hierdoor verkrijgen de schilderijen het karakter van kleine wandtapijten, zoals zijn Goudkarpers illustreren. Niet onlogisch omdat Dijsselhof een van de belangrijkste kunstenaars was van de Nederlandse Art Nouveau-beweging en plant- en diermotieven toepaste in zijn ontwerpen voor meubels, textiel en behang.
Betekenis?
Als je zou gaan graven naar de betekenis, dan zou de vale gier, het grotere neefje van de tingifowru, de dood kunnen aankondigen. Maar aan wie? De vogel rust op een tak en is er niets of niemand in het desolate landschap te bekennen. Het doek van Eriks bezit mijns inziens dan ook geen symbolische betekenis. Hij ziet het als zijn taak om de schoonheid van de Surinaamse flora en fauna vast te leggen en te delen met zoveel mogelijk mensen. In deze context mag de vergelijking met het bijna encyclopedische werk van de Duitse kunstenares en entomologe Maria Sybilla Merian (1647-1717) niet onbesproken blijven. Haar werk, waaruit een voorliefde voor vlinders spreekt, was het eerste waarin insecten en planten natuurgetrouw werden afgebeeld. Dat heeft vast een grote impact gehad op Wim Eriks, zijn zoon Ewout en diens vrouw Amira, die niet voor niets de initiatiefnemers zijn van de Vlindertuin te Lelydorp.
Wim Eriks, Nederland, 1933, hobbyschilder
Uit liefde voor de Surinaamse natuur vertrok Eriks in 1972 uit Nederland. Hij heeft jaren gewerkt bij Kersten, maar zijn grote passie is schilderen. Als autodidact maakte hij in de jaren vijftig zijn eerste schilderijen.
Eriks schildert uitsluitend natuurbeelden; zowel dieren als planten. Zijn belangrijkste stijl is aquarel, maar de afgelopen jaren gebruikt hij ook steeds vaker acrylverf. In het Neotropical Butterfly Park (Vlindertuin) in Lelydorp zijn veel van Eriks werken
tentoongesteld. Een van zijn hoogtepunten is het 360 graden ronde panorama waar de kust van Coronie, de Voltzberg en andere hoogstandjes van de Surinaamse natuur op te zien zijn.