Lanti heeft liever cadeautjes van China dan van Taiwan
Suriname staat aan de vooravond van een beslissing die onsland, zoals minister Van Ravenswaay van PLOS het noemde, in één klap tien jaarverder kan brengen in onze ontwikkeling. Denk eens in: eindelijk de Afobakkawegtot aan Brownsweg en Atjoni geasfalteerd, de Oost-Westverbinding begaanbaar,kavels bouwrijp gemaakt, het historische centrum opgeknapt, een veerboot vanAlbina naar Frans-Guyana, meer scholen in het binnenland, waterpompen…
Toch staanvice-president Sardjoe en de minister van Buitenlandse Zaken Kraag-Keteldijkafwijzend tegen erkenning van Taiwan. En dat is nu eenmaal de prijs die wemoeten betalen voor al die rijkdom: erkenning van een onafhankelijk Taiwan.Maar de vp verbiedt zelfs een tv-uitzending om discussie te voorkomen! Wantvriendschap sluiten met Taiwan, betekent breken met China.
Van een minister als Kraag-Keteldijk, toch altijd zo felgekant tegen kolonialisme wereldwijd, te beginnen met de verwerpelijke oude kolonisatorNederland, zou je toch verwachten dat het beleid van het grote China haar eendoorn in het oog is. Heeft die staat immers niet in 1950 het onafhankelijkeTibet onder de voet gelopen, de bevolking geknecht zodat de Dalai Lama, dedirecte reïncarnatie van Boeddha, heeft moeten vluchten? Waarmee de voormaligeVolksrepubliek niet alleen een eeuwenoude cultuur heeft platgewalst maarbovendien een van de meest harmonieuze godsdiensten heeft verbannen?
Democratie is een verboden woord in dat land; uitdragers vandit gedachtegoed worden subiet het cachot in gegooid, de eenpartijstaat is erimmers de Heiland. Je zou toch verwachten dat een land als Suriname, datzichzelf nog niet zo lang geleden en met veel moeite aan een totalitairedictatuur ontworsteld heeft, China niet als voor de hand liggende bondgenootzou kiezen.
Komt nog eens bij dat China de op één na grootste uitstotervan broeikasgassen is en nu hard op weg de VS van de eerste plaats te stotenals wereldvervuiler nummer één, met funeste gevolgen voor onze hele aarde.Kortom: met zo’n vriend heb je geen vijand meer nodig.
Het is China dat nu hemel en aarde beweegt om Taiwan, het opvijf na rijkste land (rijk door arbeid en niet, zoals Suriname, rijk door haarhulpbronnen) ter wereld te annexeren. Alleen al om ideologische redenen zoudenwe erkenning van China (plus Taiwan) van de hand moeten wijzen.Maar dat gebeurtniet. Omdat ideologie in de wereldpolitiek niet telt.
Afzetgebied
Grote mogendheden erkennen China. En daar hebben diemogendheden gegronde economische motieven voor. Het land geldt, net als India,als een van de meest spectaculair groeiende economieën. Voor de VS of voorNederland dus meer dan interessant als afzet-, investerings- en (door de lageloonkosten) vestigingsgebieden voor hun eigen producten en industrieën.
Maar Suriname fabriceert nagenoeg niets, laat staan dat zewat dan ook exporteert. Onze supermarkten worden overspoeld door goedkopeprullaria van Chinese makelij en ons hele land wordt overspoeld door doodarmeChinezen die zich in de schulden hebben gewerkt om zich hier te vestigen enzich de komende jaren als slaaf zullen moeten afbeulen om die schuld tevereffenen (zie het meinummer van Parbode). Ook hier zou je kunnen vrezen datde koloniale grijpgrage vingertjes van China zich uitstrekken naar hetonderontwikkelde maar zeer uitgestrekte en dunbevolkte Suriname.
We hebben dus geen handelsbelang met China. Integendeel.Want afgezien van een paar cadeautjes (een ministerie, volkswoningen, een paarspeedboten voor de douane) is China er vooral op uit om ons regenwoud te kappen(het liefst met een massaal leger van hun eigen arbeidskrachten) en voor 48miljoen US dollar het rondhout belastingvrij naar China te exporteren (zie deonfortuinlijke Patamaccadeal die onze regering met het Chinese bedrijf ZhongHeng Tai heeft gesloten). Alle zogenaamde ‘Chinese projecten’ zoals devolkswoningbouw zijn keiharde leningen, vergeet het zogenaamde Chinese voordeelmaar.
En dat dus in schril contrast met de staat Taiwan, die metalle liefde en nog meer geld (één miljard US dollar) onze vriendschap wilkopen.
Bindingsangst
Nou kan het dat we in Suriname last hebben vanbindingsangst. Ons niet voor het leven willen associëren met één bondgenoot.Maar ook dan, er bestaan talloze voorbeelden van landen die de ene keer voor devoormalige Volksrepubliek en de andere keer voor Taiwan hebben gekozen.Recordhouder is de Centraal Afrikaanse Republiek die, door zes keer vanstuivertje te wisselen, telkens weer een mooi geschenkenpakket in de wacht wistte slepen. Recenter is de switch van ons Caricom-lid St. Lucia, dat van Chinaeen stadion en een psychiatrisch ziekenhuis kreeg, maar toen de beloofdeChinese toeristenstroom niet op gang kwam, begin deze maand toch voor Taiwan ende door haar aangeboden agrarische hulp koos. St. Lucia is daarmee devijfentwintigste bondgenoot van Taiwan. (En Peking is woest, want in haar ogenis Taiwan slechts een afvallige provincie en is dus de erkenning van Taiwan alsonafhankelijke staat ‘een grove inmenging in China’s binnenlandseaangelegenheden’.)
Als wij, zoals minister Van Ravenswaay het zo bondig stelde,in één klap tien jaar verder zijn in onze vooruitgang, niet meer hoeven teblijven modderen met kapotte wegen, ondergelopen erven, woningnood en ellende,waarom kunnen we als land dan niet eens één keer voor onszelf kiezen? Maar nee,de regering laat zich niet omkopen (behalve dat we onlangs weer een cadeautjevan 2.4 miljoen US dollar aangeboden kregen door de Tweede Man van China. Eengeschenk waarvan de bestemming onbespreekbaar was tijdens de persconferentie.Sterker nog, de regering wenst niet dat we zelfs maar over een keuze práten. Zoheeft de vp himself de uitzending ‘Suriname Vandaag’ (in opdracht van deChinese ambassadeur nota bene!) over dit item hoogstpersoonlijk verboden. Zoschandalig dat woorden tekort schieten. Je eigen gemeenschap monddood willenmaken door discussie te verbieden! Iedereen heeft de mond vol van eenreferendum over het proces rond de decembermoorden. Waarom zouden we geenreferendum over de keuze voor een One China politiek en Taiwan mogenorganiseren? Waarom zouden we nou niet eens één keer ‘ja’ kunnen zeggen tegenontwikkeling en nationaal belang? Eén ding is zeker: wanneer de regering bijhaar standpunt blijft, zal ze, bij de komende verkiezingen, heel wat uit teleggen hebben. Want een totale bevolking zo’n supervoordeel ontzeggen,doodgemoedereerd haar stemmers in het donker en met natte moddervoeten in dekou laten staan, wie gaat er nog begrip opbrengen voor zo’n onbegrijpelijke enmensonvriendelijke keuze?
China – Taiwan
In 1912 werd in China het laatste keizerrijk ten val gebracht en werd de Republic Of China (R.O.C.) opgericht, inclusief het toenmalige eiland Formosa, nu bekend als Taiwan. In 1940 werd een groot deel van China, inclusief Formosa, door Japan bezet. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog werden alle gebieden, inclusief Formosa, teruggegeven aan de wettige regering van de Republiek. Toen de communistische leider Mao Ze Dong in 1949 de macht greep in China, vluchtte de wettige R.O.C. regering met twee miljoen mensen naar het eiland Taiwan, het laatste stukje China dat verdedigbaar was voor de oude regering. Het republieksvaandel werd meegenomen als teken van de wettelijke status van de regering en sindsdien waren er twee landen die claimden ‘China’ te zijn, andere landen konden slechts een van de twee erkennen. Volgens de secretaris van de Suriname-Taiwan Friendship Foundation drs. David Chin, is het echter zo dat historisch gezien de R.O.C. regering nog steeds de wettige regering van China is en dus eigenlijk China onafhankelijkheid moet vragen aan Taiwan. Tot 1971 zat Taiwan op de Chinese zetel van de Verenigde Naties en had in alle landen, inclusief Suriname, een ambassade staan. In 1971 werd er onder druk van de Verenigde Staten een resolutie aangenomen waardoor China in de VN kwam, en Taiwan moest vertrekken. Wel werden er met alle landen economische betrekkingen onderhouden en de VS ging zelfs zo ver een wet aan te nemen dat iedere aanval op Taiwan een aanval op de VS zou betekenen; een stok achter de deur voor China om nooit een kolonisatie-oorlog tegen Taiwan te beginnen, zoals destijds tegen Tibet. De facto is Taiwan een soevereine staat, met eigen grondgebied, erkende grenzen, bevoegd gezag en een eigen buitenlands beleid en ook Suriname erkent Taiwan de facto, immers een Surinamer die naar Taiwan wil moet een visum aanvragen en omgekeerd wordt het Taiwanese paspoort erkend als iemand uit Taiwan naar Suriname komt. En een visum betekent dat het land dus allang door Suriname erkend wordt.Volgens China krijgt Taiwan een aparte status na unificatie, net als Hong Kong en Macao (zeggen zij); hierbij wordt wel heel makkelijk voorbij gegaan aan het feit dat het in deze gevallen ging om leenovereenkomsten voor een afgebakende periode door respectievelijk Engeland en Portugal, een totaal andere situatie. Eveneens volgens China wil de oppositionele Kwo Ming Tang van Taiwan aansluiting met China, maar hier vergeet men gemakshalve te vermelden dat de Kwo Ming Tang voor die aansluiting eist dat China algemene en geheime verkiezingen in China zal organiseren, iets wat volgens China zelf de komende honderd jaar niet zal gebeuren. Er zijn maar vijfentwintig landen die officiële banden hebben met Taiwan. De meeste van die landen liggen in Afrika, Zuid-Amerika en Oceanië. Er is maar één Europees land dat Taiwan erkent: Vaticaanstad. Toch onderhouden bijna alle landen informele betrekkingen met Taiwan. Waarom wil Taiwan zo graag dat een klein land als Suriname hen erkent? Waarom al die miljoenen voor een beetje vriendschap zonder kaalkap en volksverhuizingen naar Suriname te eisen? Taiwan is bezig met een grote campagne om toegelaten te worden tot de Wereld Gezondheids Organisatie (WHO), waar zij tot 1971 lid van waren. Ze proberen het al sinds 1997, maar tot nu toe zijn ze iedere keer afgewezen. Door van zo veel mogelijk landen steun te krijgen, hoopt Taiwan uiteindelijk terug te komen in de WHO en misschien zelfs in de VN. |