Mi wini man!
Het is nog vroeg in de morgen. Een tot cadeau versierde autovoor de ingang, zuigt me als een magneet naar binnen. Daar, in deglamourspeelruimte, klinkt een bekend nummer, en de zachte vloerbedekking voeltals hersteltherapie voor mijn voeten. Er hangt een levendige sfeer door debedrijvigheid, rinkelgeluiden en knipperlichtjes. Op dit deel van de dag, demeest productieve arbeidstijd, is het casino al goed bezocht.
De spelers voor de machines met hun aanlokkelijke lichtjes en figuurtjes,lijken met hun werk op kantoor bezig te zijn: geconcentreerd en de koffie naastzich. Het muntenbakje is zo vroeg al leeg, maar dan stoppen de balkjes met hetwoord ‘Bar’ plagerig in het midden. Twintig hoopgevende muntjes wordentoegevoegd aan het krediet. Een vaste werktijd is er niet, dus doorgaan enproberen te winnen om het recht te trekken. Of verliezen, om het morgen weer teproberen. Chinezen zitten in een groep om de goktafel, een enkeling voor demachines. Ze maken deel uit van de grootste groep casinobezoekers, en net zoalsde rest maken ze aanspraak op de gratis drank en sigaretten. Of ze nou metslippers binnenkomen of niet, de rode loper ligt uitgerold. Er is ook gratis eten,want de spelers kunnen niet, alleen om eten te gaan zoeken, het casinoverlaten. Soms is er Chinees eten. En als het kan, wordt ook de entourageaangepast aan deze groep: rode lampionnen aan de voorgevel, en met ChineesNieuwjaar binnen een hoekje ‘little Chinatown’.
“Ambiance en service zijn belangrijk,” zegt de floormanager,“maar vooral een veilig gevoel moet de speler aantrekken om het casino teverkiezen.” Ik begin het te begrijpen: met al de aanwezige securityguards enverborgen camera’s, voelt de bezoeker zich hier veiliger dan thuis. Er ligtoveral geld, in de vorm van fiches en muntjes, en geen kruimeldief die hetwaagt om er met een tas of portemonnee vandoor te gaan.
Zweetdruppels
Maar mooi, gratis en veilig kunnen de toename van gokverslaving in Suriname niet goedpraten. Niet alleen bijChinezen, waar gokverslaving een tweede natuur lijkt, maar ook bij anderebevolkingsgroepen zijn gevallen bekend waar men met zelfmoord in één keerafrekent met de torenhoge schulden. De pomtayermaker die bij elke show van DidiKempot vrolijk meezingt, is er een voorbeeld van. Ook de gruwelijke moord op detwee Chinese jongetjes vorig jaar, zou te maken hebben met grote gokschulden.
Ik wil meer weten over het gokken en de beginsignalen vangokverslaving. En hoe kom je in de wereld van winnen terecht, als je meestalverliest? Ik bezoek Rudy, een familierelatie. Van hem wordt beweerd dat hijdegene is met de meest gewonnen partijen. Zweetdruppels op het voorhoofd vancasinomanagers, wanneer hij binnenstapt en duizelingwekkende bedragen op tafellegt. “Je moet stoppen en weggaan als je verliest”, zegt de man met 42 jaarervaring in casino’s. “Maar dat is juist het moeilijke, die zelfbeheersing. Eenbeginner kan, tot zijn pech eigenlijk, een paar avonden winnen. Je krijgt hetgevoel dat het makkelijk gaat, en dan ben je verloren. Want onbewust ga jeiedere keer naar dat geluk van het begin zoeken.” Op de vraag wat je kan doenom van de gokverslaving af te komen, antwoordt hij hoofdschuddend en metgepruilde onderlip: “Niets.” Maar als de gokverslaafde geen geld meer heeftdan? “Ze gaan het lenen. En als ook dát niet meer kan, gaan ze net zo langzoeken tot ze het weer hebben, om maar te kunnen spelen!”
Mi Wini
Ik herinner me opeens weer gevallen uit het nieuws, vanemployees met lange dienstjaren die op zekere dag misbruik maken van hetvertrouwen en systematisch grote geldsbedragen wegnemen. Voor hun vertier enverslaving. Directies zijn vaak niet op de hoogte van het sociale leven van hunwerknemers. Bezorgde opmerkingen van vrienden of familieleden worden vaakcynisch beantwoord met: ‘Mi wini man!’ De brandende vraag hoe men aan het geldkomt om te spelen, hoeft dan ook niet meer te worden beantwoord.
Casino’s dichtbij de Centrale Markt, betekenen ook dichtbijde kleine man. En het gegeven dat er meer dan twintig casinovergunningen zijnverstrekt, hangt als het zwaard van Damocles boven het hoofd van onze kleine,kwetsbare bevolking. In de avond ga ik weer de lichtjes en het veilige gevoelopzoeken. Een kruispunt voor sociaal contact. Ik maak kennis met Ronald enClyde, twee mannen die leven van de casino’s. Geen beroepsgokkers maarhosselaars, die diensten verlenen en leven van de tips. Van elke bezoeker wetenze wel een geschiedenis. Ook van de tragisch afgelopen gokverslavingen. “En dieman had zóveel gewonnen bij de Lotto”, zegt de een over de rijschoolhouder vanKwarasang die zich door het hoofd schoot.
“Niets meer van over, hij maakte zelfs grote schulden!” vultde ander dramatisch aan. “Als ik dat geld had…” zucht Ronald terug. “En dezeheb ik persoonlijk gekend”, zegt Clyde over de ex-minister die door ophanginghet aardse met het eeuwige verwisselde. “De onrechtmatige handelingen die deman pleegde om van zijn schulden af te komen, kwamen aan het licht. En toen hijook nog in het bijzijn van naaste werknemers door de schuldeisers werdbeledigd, werd dat hem allemaal teveel.”
Het recente geval van de zoon van een groentehandelaar, diein een moment van verstandsverbijstering met een sprong van de dodenbrug eeneind maakte aan zijn leven, kennen de twee tot in detail: het geldsbedrag waseen huwelijkscadeau van zijn vader, om zijn nieuwe leven mee op te bouwen.Binnen een dag heeft de jonge bruidegom op twee locaties de vijf nullen in rookzien opgaan. “En daarom kan ik niet in die put vallen”, zegt Clyde. “Mi sab’ alibi, en wat je hier voor je ziet, is alles van me.” Hij kijkt mij diep in deogen: “Casino!? You’re bound to lose, my friend!”
Matjok
In een ander casino vraag ik aan een Chinese winkelierwaarom zoveel Chinezen gokverslaafd zijn. “Het zit in het Aziatische bloed.Maar niet alleen dat. Er is geen vertier en afleiding, de media heeft geenChinees gesproken shows en programma’s. En Chinezen houden niet van dansen oftories geven aan de bar.”
Chinezen krijgen het van huis uit mee. Elke Chinees weet welmatjok te spelen, zoals elke Braziliaan van voetballen weet. “Als ik niet ga,blijf ik uren in bed rollen, dus waarom niet? Ik heb een winkel, eeninkomstenbron, en Chinezen spelen klein”, beargumenteert hij. “Zíj spelengroot.” De winkelier wijst naar een zestal mannen aan de roulettetafel. Eendecennium terug zou het een opvallend fenomeen zijn geweest, maar nu eendagelijks beeld: Hindostanen voor de goktafel, met felgekleurde fiches. Aandiezelfde tafel een enkele Creool en Javaan. Ze staan er bij om even op adem tekomen. Dit is niet hun terrein. De machines en kaarten staan beter tegen hunachterzak.
You’ve got to lose. Spelers weten het, en toch gaan ze weer.Elke dag, elke week. “De mens is steeds op zoek naar dat goede gevoel”, zegtpsycholoog Silla Jadnanansingh. “Als ze de eerste keer hebben gewonnen, willenze altijd terug naar dat moment; ze willen meer. En het zijn ook anderefactoren die meespelen, zoals sterrenambiance, service, sociaal contact.”Netzoals bij elke verslaving, komen er ook bij deze neurochemische stoffen vrij,die van invloed zijn op het gedrag: de drang om weer die kick te gaan zoeken.Gokverslaafden kunnen nog goed relativeren, de hersenen zijn niet aangetastzoals bij alcohol- en drugsverslaafden. Om van de gokverslaving af te komen,zou men kunnen beginnen met de voor- en nadelen tegenover elkaar te plaatsen.“Het rationele moet boven het emotionele prevaleren,” zegt Jadnanansingh. “Watverlies ik allemaal voor het zoeken naar winst en het goede gevoel? De oostersefilosofie zegt: het goede gevoel van de mens zit ín je, en niet daarbuiten. Hetis de kunst om die bron in je te ontdekken en te benutten.”