Munga!
‘Iweki noo?’, riep oma. Afi keek naar de tijd: zeven uur ‘s morgens. Buiten hoorde zij het gefluit van de vogels en het gekakel van de kippen. Elke grote vakantie ging zij bij oma in het dorp Nyun-Lombe logeren. Daar keek zij elk jaar weer naar uit, vooral omdat zij later kokkin wilde worden. En haar oma kon heel lekker koken; van haar leerde zij elke keer tijdens de vakantie weer nieuwe traditionele recepten klaarmaken. Hoewel oma al 87 jaar oud was, werkte zij elke dag hard. Ze gaf de kippen zelf te eten en maakte elke dag iets lekkers klaar voor de kinderen in het dorp. Voor oma had zij heel veel bewondering. Afi vroeg haar vaak waarom zij niet met hen in de stad kwam wonen. Er was genoeg plaats in huis, oma kon gewoon bij hen inwonen. ‘De stad is te druk en te duur’, gaf oma dan als antwoord.
Afi ging naar buiten om oma te helpen met de kippen. Ze nam een koba om de eieren die de avond daarvoor gelegd waren in te zetten; later zou zij een lekker broodje met gebakken ei eten. Na het ontbijt ging Afi nog even met oma naar de rivier om de vaat te wassen; oma hield ervan als alles in huis netjes was. Tijdens dit huishoudwerk vertelde Afi aan oma over het afgelopen schooljaar, de dingen die zij allemaal meegemaakt had. Hoe het leven in de stad nu duur geworden is, over de water- en stroomtarieven die verhoogd zijn. Ook de benzineprijzen zullen binnenkort verhoogd worden. Oma lachte en zei: ‘Hier heb ik dat probleem niet. Als ik water nodig heb, kom ik naar de rivier om vaat te wassen en om te baden. De bootsmannen zullen het wel voelen met de verhoging van de benzineprijzen, maar daar is weinig aan te doen.’
Opeens kwam er een klein meisje naar oma toegelopen. Ze onderbrak haar en vroeg of zij vandaag munga voor haar wilde klaar maken. ‘Munga?’ zei oma. “Mujëëi, sabi un mëni ten ata teei o?’ ‘Ja oma, dat weet ik, maar vandaag ben ik jarig en voor mijn jaardag wil ik graag munga eten. Gaantangi mi begi, oma’, zei het meisje met een heel lieve stem. ‘Is goed, wanneer ik klaar ben met afwassen, zal ik dan beginnen.’ ‘Kom laat mij u helpen oma’, zei het meisje. Zij riep haar vriendinnetjes om ook te komen helpen. Gezamenlijk liepen zij naar het huis van oma, waar zij met de voorbereidingen voor de munga begonnen.
Uit de tuin van oma werden alle ingrediënten gehaald: zoete aardappelen, rijst, pinda en kokosnoten. De mata werd uit de keuken van oma gehaald en gewassen, om de pinda en rijst fijn te stampen nadat het geroosterd was. Afi moest de rijst eerst in water zetten om te weken. Na enkele uren hard gewerkt te hebben aan de munga, was de cake eindelijk af. Afi ging samen met de meisjes langs de rivier zitten genieten van een lekker stuk munga.
De benodigdheden voor de munga zijn:
1 kilo pinda’s
2 kilo rijst (het liefst breukrijst)
1 kilo zoete patat
3 geraspte kokosnoten
water naar behoefte (tussen 10 en 50 ml)
mespuntje zout
nootmuskaat
suiker naar behoefte
Bereiding
De kokosnoten fijn raspen. De rijst goed wassen en vervolgens een uurtje in water laten weken, dan laten uitlekken. De pinda’s mooi bruin bakken. Vervolgens de pinda en rijst, net zoals Afi dat deed, samen fijnstampen in de mata. Voor het gemak kan het ook in een blender fijngemaakt worden. Wanneer je de pinda en rijst mooi fijngestampt hebt, ontstaat het munga-meel. Voordat we dat meel gebruiken, wordt het eerst gezeefd en in een kom gedaan. Nu gaan we de zoete patat schillen en zachtkoken. De zoete patat net als de rijst en pinda fijnmaken. Dit wordt dan toegevoegd aan het munga-meel, samen met de geraspte kokosnoot. Zorg er wel voor dat de kom waarin dit alles gedaan wordt, groot genoeg is om in te kunnen roeren. Dit mengsel wordt samen met wat water, suiker, zout en nootmuskaat op smaak gebracht. Dit alles wikkel je dan goed in een schoon bananenblad. Een pot met water op vuur zetten, en als het water kookt, worden de opgerolde bananenbladeren met munga-vulsel in het kokende water gezet. Het moet twee uur lang gekookt worden. Het munga-vulsel kan ook in de oven gebakken worden, zoals tegenwoordig wel gedaan wordt door de jongere generatie. Een precieze tijd hiervoor is er niet, omdat de rijst in dit vulsel eerst helemaal zacht moet zijn alvorens het klaar is. Dus het beste is om er steeds naar te kijken, totdat je merkt dat het helemaal gaar is.