Museale vernieuwing Fort Nieuw Amsterdam – Parbode Sneak Peek

Het openluchtmuseum Fort Nieuw Amsterdam ondergaat een ware transformatie. Een twinningproject met het Amsterdam Museum beoogt deze Surinaamse partner institutioneel te versterken en een structureel samenwerkingsverband tussen beide organisaties op te bouwen. Alles wordt in stelling gebracht voor de mega-opening van een permanente expositie die de geschiedenis en wisselwerking tussen de bevolkingsgroepen in beeld brengt. 

Gerard Alberga, directeur van het openluchtmuseum Fort Nieuw Amsterdam, vertelt in gesprek met Parbode dat er een hechte samenwerking is met het Amsterdam Museum. Hij raakte geïntrigeerd door de museumafdeling DNA van Amsterdam, die een korte tour biedt over de geschiedenis van Amsterdam. Alberga wilde dat ook voor Nieuw-Amsterdam. Annemarie de Wildt, conservator van het Amsterdam Museum, over het DNA van Amsterdam: “We hebben vier abstracte eigenschappen geïdentificeerd: ondernemerschap, vrij denken, burgerschap en creativiteit. Het mooie is, dat dit project dat de migratiegeschiedenis van Suriname centraal stelt, ook letterlijk gaat over het DNA van Suriname: wat zijn de bloedgroepen, de verschillende etnische groepen waaruit Suriname is opgebouwd. We konden natuurlijk niet het woord DNA gebruiken, maar we hebben de veel mooiere titel Hoe wij hier ook samen kwamen gevonden.” Alberga: “De bedoeling van het project is om de geschiedenis van Suriname te vertellen, maar dit is niet dezelfde doelstelling van de Uitvoeringsorganisatie Twinningfaciliteit Suriname-Nederland (UTSN). De UTSN  streeft naar samenwerking en kennisoverdracht. De partner waarmee wij in zee gingen, moest daadwerkelijk kunnen bijdragen aan het upgraden van ons personeel, en van de systemen die we gebruiken in ons museum. Daarom zijn we vanaf het begin terechtgekomen in het Amsterdam Museum. Wij zijn vrij jong, en zij beschikken over ruime kennis. Onze doelstelling is om het verhaal van Suriname vanaf het begin te vertellen in de chronologische volgorde waarin de groepen naar ons land zijn gekomen. Wij hebben een heel mooi boek daarover geschreven en gaan dat vertalen in een expositie in tien cellen van vijf bij vijf meter. Aan elke bevolkingsgroep is een cel toegewezen, we hebben ons daarbij geconcentreerd op de meest kenmerkende zaken uit religie, taal, culinair, kleding, en muziek.” Uit de samenwerking tussen de twee partners zullen een expositie en audiotour voor op de smartphone voortkomen. Ook komen er vernieuwde informatieborden in twee talen. 

Verder lezen? Het hele artikel staat in het februarinummer van Parbode.

0

Gedeeld