Muziek & Zo, juni 2012
Spider Vox
Trompettist, arrangeur en orkestleider Stan Lokhin (overleden op 1 december 2010) staat binnen de Surinaamse gemeenschap bekend als de godfather van de Surinaamse muziek. In zijn discografie staat Stan Lokhin op meer dan veertig platen vermeld als arrangeur, producer of instrumentalist. Er is echter maar één plaat waarop hij met zijn eigen band te horen is. Spider Vox van de Stan Lokhin Band is in 1978 opgenomen . The Rhythm Makers was het eerste bandje waarmee Lokhin, toen nog maar net dertien jaar, optrad en waarin hij min of meer al de functie van bandleider had.
In 1966 kreeg hij een beurs om aan het Conservatorium van Amsterdam Directie en Trompet te studeren. Halverwege zijn studie koos hij voor het avontuur en toerde door Italië met de befaamde band The Needles. In 1977 rondde hij zijn studie alsnog af in het Italiaanse Parma en keerde hij terug naar Nederland. Inmiddels was Lokhin niet onopgemerkt gebleven bij de verschillende Surinaamse bands die in de begin zeventiger jaren furore maakten in Nederland.
Behalve trompettist, was Lokhin vooral een begenadigd arrangeur. Kasekobands uit die tijd hanteerden vaak een soort trial and error-methode om tot een arrangement te komen. Hierdoor waren er een heleboel bands die ritmisch goed klonken, een goede voorzanger hadden, maar vaak abominabel slechte blazerspartijen hadden. Lokhin heeft hierin verandering gebracht. Bijzonder aan Spider Vox is dat een aantal nummers instrumentaal is, waardoor de blazers een hoofdrol krijgen. De arrangementen van deze nummers laten een andere ‘kleur’ van Lokhins pen horen, die helaas niet vaak te herkennen is bij zijn contributies aan andere bands. Hij gebruikt hierbij lange blazerslijnen met ritmische patronen die kenmerkend zijn voor Lokhin, maar ondanks dat ze zijn uitgesponnen interessant blijven.
Het eerste nummer Kompé is een kaseko, die de wat oudere luisteraar direct terugvoert naar mooie bewogen tijden in 1975, tijdens de prille geboorte van de Republiek Suriname. Dit geldt ook voor andere tracks als Ai mi wani si dio, Te mi kondre seti en het nostalgische Kowru e moro mi. Naast nummers waarop flink de benen los gegooid kunnen worden is er nog een kleine portie echte ’Surisoul’. Zo is My home een onvervalst soulnummer. Ook track twee, Love power, is een lied dat het nu nog zeer goed zou doen op de veel georganiseerde Surinaamse soulparty’s in Nederland en Suriname.
Dit alles maakt Spider Vox tot een zeer interessante cd. Niet alleen vanwege de muzikale toegevoegde waarde, maar vooral ook vanuit historisch perspectief. De Surinaamse kaseko heeft verschillende stromingen met eigen kenmerken en nuances. Voor het kunnen classificeren van Lokhins stijl binnen het geheel, is deze muzikale blauwdruk uitermate geschikt en daarom al van onschatbare waarde!
Robin Austen
Spider Vox, The Stan Lokhin Band, 1978, World Music Faya Lobie,
DURECO 1162062