Njang Switi
Bredebon-schotel
Oorsprong
De bredebon of broodvrucht wordt in de Surinaamse keuken slechts mondjesmaat gebruikt. De vrucht komt oorspronkelijk uit Polynesië (Stille Oceaan), waar het eeuwen de belangrijkste voedselbron was. Ontdekkingsreiziger Thomas Cook beschreef hoe het brood daar gewoon aan de bomen groeide en noemde het daarom breadnut. Na periodes van hongersnood lieten Engelse planters de broodvrucht uit Polynesië halen.
In 1793, werden de eerste broodvruchten geplant op Jamaica en Sint Vincent. Van daaruit verspreidde de plant zich snel in de regio, inclusief Suriname. Er bestaan twee soorten: zonder zaden (nyamsi-bredebon) en met zaden (siri-bredebon). De eerste gebruiken we voor deze Njang Switi. De siri-bredebon heet in de volksmond ‘kastanje’, omdat de smaak van de zaden daar sterk mee overeen komt. De zaden worden doorgaans geroosterd of in zout water gekookt, om puree van te maken zijn ze niet geschikt.
Benodigdheden (4-6 personen)
1 nyamsi-bredebon zout
2 bossen tajerblad zwarte peper
4 eieren 100 gram boter
3 dl melk paneermeel
Bereidingswijze
De bredebon in acht stukken snijden en de schil en het sponsachtige gedeelte verwijderen. Goed wassen en in nog kleinere stukken snijden, vervolgens gedurende twintig minuten in water met zout koken. Daarna mengen met 25 gram boter, de melk en zwarte peper en zout naar smaak. Stamp dit goed tot een puree ontstaat. Tajerblad snijden en koken, de eieren klutsen en bakken als roerei. Beboter een ovenschaal en doe hier afwisselend een laagje bredebonpuree, tajerblad en roerei in. Afdekken met een laagje puree, glad strijken en bestrooien met paneermeel. Smelt de rest van de boter en smeer dit over de bovenlaag. Zet de schaal in de voorverwarmde oven (hoogste stand) en bak het geheel in circa twintig minuten goudbruin.