Nu eenmaal
Elke maand schrijf ik vanuit de Cultuurtuin deze column. En het is telkens weer een spannend gevecht tussen aan de ene kant de deadline en aan de andere kant het moment waarop ik flink kwaad word. Zo kwaad dat mijn bloed gaat koken en er bijna automatisch 800 woorden uit mijn digitale pen vloeien. tot mijn tevredenheid waren er de afgelopen maand meerdere van die momenten. Een van die keren had te maken met een delegatie van maar liefst vijf leden van de Assemblée, die nomo, nomo naar Zambia moest omdat dat ‘nu eenmaal’ was besloten. over dat onderwerp is al genoeg gezegd en geschreven.
Gelukkig hoefde ik niet lang te wachten op een volgend moment. Dat kwam direct daarna, toen de minister van Justitie en Politie tegenover de media parmantig verklaarde dat er een toyota Landcruiser Prado van het modeljaar 2016 was aangeschaft voor een prijs van welgeteld 61.500 uSdollar. Waarom zo duur? onze president en zijn minister waren van mening dat voertuigen voor ministers ‘nu eenmaal’ duur zijn. Met andere woorden: hier sta ik, ik kan niet anders. ook de aanschaf van de Prado is naar tevredenheid behandeld door onder anderen collega Sharda Ganga, die keurig wees op de mogelijkheid om als president of minister in een blauwe Volkswagen Kever uit 1987 te rijden. Dat deed immers ook president José Mujica van uruguay, een land op ditzelfde continent, hemelsbreed ruim 4.500 kilometer hier vandaan. Je zou er bij wijze van spreken naartoe kunnen fietsen. José Mujica was aan de macht van 2010 tot 2015. Hij zag en ziet zichzelf als een echte man van het volk, net als onze president. In de media werd hij omschreven als een ‘arme’ president. Zelf ziet hij dat een beetje anders. ‘Ik ben niet arm, ik leef sober. Dat is iets anders. Ik ben rijk, want ik heb de affectie van mijn volk.’ Kom daar maar eens om! Ik ben benieuwd wat de stand van zaken momenteel in ons land is, wat betreft die affectie van het volk…
Waar ik nu dieper op wil ingaan, is het denken in termen van ‘nu eenmaal’. om dat onderwerp kort maar krachtig te behandelen, krijgt u vandaag van mij een beknopt lesje geschiedenis in vogelvlucht. In 1863 werd de slavernij afgeschaft. Voor die tijd was er eeuwenlang ‘nu eenmaal’ slavernij. In 1936 voerde men in ons land het zogenaamde capaciteitskiesrecht in voor personen die ulo-onderwijs hebben genoten. Voor die tijd mochten ‘nu eenmaal’ alleen blanke kolonisten en mensen met voldoende bezittingen hun stem uitbrengen. In 1940 voldeed slechts twee procent van de bevolking aan de voorwaarde ten aanzien van de gestelde opleiding. Want het was ‘nu eenmaal’ zo, dat slechts twee procent van de bevolking ulo-onderwijs had genoten.
In 1948 kregen alle mannen én vrouwen in ons land vanaf 23 jaar stemrecht. Voor die tijd, nog geen 70 jaar geleden, was het ‘nu eenmaal’ zo dat vrouwen niets te kiezen hadden. En veel te zeggen hadden ze uiteraard ook niet. Sommigen van onze moeders of grootmoeders kunnen daar nog van meepraten. Er was een tijd dat vrouwen niet konden studeren, want ze trouwden ‘nu eenmaal’ toch. Als ze trouwden, dat zal je nou altijd zien, kregen juist die vrouwen een of meerdere kinderen. Dat was en is voorlopig nog ‘nu eenmaal’ zo. Vervolgens weet iedereen dat vrouwen bij uitstek geschikt zijn om voor de kinderen zorgen. ook dat is ‘nu eenmaal’ zo.
In 1975 zijn we onafhankelijk geworden. Voor die tijd waren we ‘nu eenmaal’ een kolonie van Nederland. Vanaf die heugelijke dag in november kunnen wij ons nu al ruim veertig jaar de trotse of minder trotse bewoners noemen van de republiek Suriname. Opo kondreman un opo. Ik hoop nu maar dat iedere keer wanneer hooggeplaatsten, die ‘nu eenmaal’ boven ons gesteld zijn, komen uitleggen dat iets ‘nu eenmaal’ zo is, zo gaat of zo hoort (bijvoorbeeld businessclass reizen voor assembleeleden), dat er dan bij u heel hard een onafhankelijk belletje gaat rinkelen. En dat u zichzelf de volgende vraag stelt: ‘oh ja, is dat zo of zou het misschien ook anders kunnen zijn?’.
Als we allemaal al die eeuwen hadden gedacht dat alles ‘nu eenmaal’ zo was, dan hadden we nu bij wijze van spreken niet eens een lucifer of een fluitketel, om maar iets te noemen. Als we allemaal al die eeuwen hadden gedacht dat alles ‘nu eenmaal’ zo was, dan was onze minister van Justitie en Politie niet eens minister geworden. Wat zeg ik, dan had ze niet eens kunnen studeren. In dat geval stond ze nu misschien in de buitenlucht boven een vuurtje een krachtig soepje te trekken, of was ze een flink aantal eeuwen later een heerlijke koek van eigen deeg aan het bakken in de buurtoven. Immers, we hadden in die situatie ‘nu eenmaal’ nog geen fornuis.
Lieve mensen, bedenk dat geschiedenis niet wordt geschreven door mensen die denken in termen van ‘nu eenmaal’, maar door mensen die op tijd een belletje horen rinkelen en onafhankelijk durven denken.