Oog in oog met een jaguar
Het gaat niet goed met de jaguar. Ontbossing en jacht hebben er de afgelopen decennia voor gezorgd dat het leefgebied van deze katachtige meer dan de helft kleiner werd. Buurland Guyana ging – in tegenstelling tot Suriname – over tot actie en beloofde twee jaar geleden het unieke dier beter te beschermen. De Belgische biologe dr. Evi Paemelaere leidt het onderzoek, Parbode trok met haar mee.
Het regent pijpenstelen. Donkere modder spat op en laat een dikke, bruinrode laag bauxietsmurrie achter op onze witte Toyota Landcruiser. Waar de blubber het diepst is, verliest de terreinwagen grip en begint de achterkant vervaarlijk heen en weer te slingeren. De chauffeur – hij laat zich ‘Mister Yu’ noemen – laat zich niet van de wijs brengen en vertelt rustig schakelend dat hij uit het Aziatische Maleisië komt, maar intussen al drie jaar op een houtconcessie in het diepe binnenland van Guyana woont. Mobiele telefoons werken niet, de zeven uur durende autorit over onverharde wegen naar hoofdstad Georgetown legt hij zelden tot nooit af. Wanneer ik hem het nieuws meld over de twee rampen vorig jaar, met gecrashte vliegtuigen van Malaysia Airlines, valt dit voor Mister Yu dus compleet uit de lucht. “Rampen, welke rampen?” roept hij geschrokken.
Het wereldnieuws volgen, blijkt inderdaad niet eenvoudig langs de bruine Essequiborivier, die van het groene binnenland naar de Atlantische Oceaan stroomt. “Ik heb tijdens mijn werk in de jungle de afgelopen jaren ook al enkele oorlogen gemist, zoals die in Syrië. Tijdens een vorige opdracht in Bolivia zat ik drie maanden lang bijna moederziel alleen in een afgelegen natuurgebied. Nooit eerder heb ik zoveel brieven aan vrienden en familie geschreven”, vertelt Evi Paemelaere (33).
Verder lezen? Koop dan nu de Parbode. Nog tot eind deze maand in de winkel en daarna verkrijgbaar via de redactie.