Oude gewoonten steken de kop op in Brazilië
Waren de vooruitzichten voor Brazilië bij aanvang van de tweede ambtstermijn van Dilma Rousseff in januari dit jaar al niet rooskeurig, nu is ons buurland nog verder weggezakt in zowel politieke als economische chaos. De president lijkt niet bij machte te zijn om orde op zaken te stellen. De roep om haar aftreden is groot. Niemand lijkt te weten wat er moet gebeuren; onzekerheid regeert en een toekomstvisie ontbreekt.
De wereld is opgeschrikt door de politieke en economische wanorde in Brazilië, de ‘reus die wakker was geworden’, zoals werd geschreven. Eindelijk had het land zijn status van ‘veelbelovend’ verruild voor die van een heuse wereldmacht; de zevende economie ter wereld in 2014. De armoede was massaal ingedamd en de middenklasse ongekend in aantal gestegen. Nu is de kredietwaardigheid van het land door ratingbureau Standard & Poor’s gedegradeerd tot de junkstatus, is de economische groei tot stilstand gekomen en rollen er dagelijks nieuwe koppen in het grootste corruptieschandaal ooit, dat van oliegigant Petrobras. Zelfs Lula da Silva, de voormalige president onder wie Brazilië aan zijn opmars begon, ligt onder vuur. Net zoals huidig president Dilma Rousseff en zo’n beetje alle politieke kopstukken, ongeacht hun partij. Ook de topbestuurders van machtige bouwbedrijven, zoals Odebrecht en Andrade Gutierrez, vallen van hun troon.
Met een beetje cynisme kun je de schouders ophalen en vaststellen dat er niets nieuws onder de Braziliaanse zon is. Het leek er de afgelopen vijftien jaar alleen op of het land zich had ontworsteld aan financiële chaos en de democratie zich verder had verdiept. Gesteund door de zogenaamde grondstoffenboom leek de economische groei, met name onder president Lula da Silva, de oud-vakbondsman van de Arbeiderspartij (PT), tot aan de hemel te reiken. Zowel armoede als ongelijkheid verminderden. Toch waren er ook toen corruptieschandalen, zoals het mensalão-schandaal dat in 2005 aan het licht kwam. Politici van andere coalitiepartijen bleken maandelijks grote bedragen te ontvangen om zo hun steun aan het regeringsbeleid van de PT veilig te stellen. President Lula kwam ermee weg, maar zijn kabinetschef José Dirceu moest aftreden. Dirceu is nu ook betrokken bij het Petrobras-schandaal.
Verder lezen? Koop dan nu de Parbode. Nog tot eind deze maand in de winkel en daarna verkrijgbaar via de redactie.