FayaLobi: Productief!
Het is een lange warme dag, de wachtzaal zit vol mensen en er lijkt geen beweging in te komen. ‘Productie!’, gaat het door mijn hoofd, maar ook de klok lijkt zich daarvan niets aan te trekken. Hoe moeten we met al deze onproductieve uren gaan voor productie? Uren die onnodig worden doorgebracht in wachtkamers, in rijen en op dichtgeslibde wegen.
Ik ontmoet een ongeduldige heer bij het afsprakenkamertje dat potdicht zit, en waarvan we ons afvragen of er werkelijk iemand binnen zit. Hij kijkt op zijn horloge, wisselt van het ene been naar het andere. Hij moet produceren, zijn werk wacht. Het is al de tweede keer dat hij hier staat, nu al langer dan een uur. Buiten zit een mevrouw onderuitgezakt achter een balie. Ze kan niet veel zeggen over de gesloten deur. Mijn volgende afspraak zal ik niet halen, dus verzet ik die. De man belt ook, en zo te horen loopt er van alles mis aan de andere kant.
De deur gaat uiteindelijk open, waarna de eerste drie wachtenden gesommeerd worden om op een stoel te gaan zitten. ‘Mag ik uw’ verdwijnt in een kort afgemeten ‘kaart’, waarna ik een afsprakenkaart overhandig. Een hand wordt uitgestoken om mijn kaart in ontvangst te nemen, zonder naar mij te kijken. Dat vind ik knap! Dat je precies je hand op de juiste hoogte kan plaatsen, acrobatisch bijna. De man heeft het moeilijker. Een debat over een telefoon die niet opgenomen werd toen ze de afspraak verschoven hadden. De man geeft aan dat hij geen telefoon heeft ontvangen, waarop een keer of vijf herhaald wordt dat hij had moet opnemen. Ondertussen zijn we een half uur verder. Op de derde stoel zit een vrouw die zich geen raad weet met de vragen die gesteld worden. Ze verstaat het niet, waarop de zuster haar wegstuurt met de mededeling dat ze de volgende keer iemand moet meenemen. Ik ben inmiddels klaar, en de man stapt boos op. Nu nog de afspraak zelf, op een andere dag. Ik wens de zusters toch nog een prettige dag, zij mij niet. Ook vriendelijkheid is nog maar moeilijk produceerbaar.