Parbode Xtra: Monetaire reserves stabiel op 1,3 miljard US-dollar
De monetaire reserves van ons land bedragen sinds het begin van 2024 meer dan 1,3 miljard US-dollar. Dit blijkt uit de laatste geactualiseerde data van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) zo’n twee weken geleden.
Met de huidige stand van zaken liggen de monetaire reserves ruim boven het kritieke punt van 600 miljoen US-dollar dat indertijd door de voormalig Financiënminister en ex-governor van de moederbank, Gillmore Hoefdraad, was gesteld. Tijdens het wanbeleid van de nog steeds voortvluchtige Hoefdraad slonk de monetaire spaarpot van boven de 1 miljard US-dollar naar honderden miljoenen beneden het kritieke punt.
De belangrijkste redenen waarom de reserves momenteel zo hoog zijn, zijn omdat er injecties van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) hebben plaatsgevonden, en omdat de moederbank in tegenstelling tot de dagen van Hoefdraad, niet meer intervenieert op de valutamarkt. In het verleden werd er zwaar geïntervenieerd (soms in de orde van 800.000 US-dollar per dag) om rust te brengen op de valutamarkt.
De Staat heeft eerder met het IMF afgesproken dat de valuta-interventies geen regulier instrument meer zijn van monetair beleid, maar slechts kunnen worden ingezet bij wanordelijk verloop van de valutamarkt. Het huidige beleid is dat de wisselkoersen marktconform, dat wil zeggen door vraag en aanbod, tot stand dienen te komen. Dit heeft echter tot gevolg dat een US-dollar momenteel zo’n SRD 32 kost en een euro ongeveer SRD 35.
Als de laatste cijfers nader worden geanalyseerd, blijken de deviezenreserves vrij stabiel te zijn: in januari 1328 miljoen US-dollar, in februari 1334 miljoen US-dollar, in maart 1365 miljoen US-dollar en in april 1364 miljoen US-dollar. Voor de goede orde moet extra benadrukt worden dat honderden miljoenen aan reserves, injecties betreffen van het IMF.
Door het hoge bedrag aan internationale reserves, heeft de Staat een importdekking van 7,4 maanden. Het is internationaal gangbaar om voldoende monetaire reserves te hebben om drie maanden, liefst zes maanden, importen te kunnen dekken. In de Hoefdraad-periode was de importdekking van Suriname zeer zorgwekkend en op een goed moment zelfs slechts twee maanden.