Rappa’s tori: A (h)ati e (h)ati: het hart doet pijn – Parbode Sneak Peek
Uit de titel blijkt dat het woordje (h)ati (hart) ook pijn betekent. Iemand kan dan zeggen: ‘O, zie je nou dat het Sranantongo een woordarme taal is?’. Een ander kan daar tegenin brengen: ‘Ach kom, elke taal heeft zo z’n homoniemen, zonder woordarm te zijn. Zie bijvoorbeeld de woorden kussen, weer, bank, gerecht, arm, bak, kater, licht, enzovoorts’.
De ‘h’ is bij het woord (h)ati niet betekenisonderscheidend; het maakt dus niet uit of je hati of ati zegt. Hoewel, velen hebben de gewoonte om bij ‘hart’ te zeggen ‘ati’ en bij ‘pijn’: ‘hati’, vaak met de klemtoon op ‘ha-’. Als iemand een schaafwond heeft ontsmet met alcohol, zegt die dan: ‘Boi, a ben hati’ (Jongen, dat deed pijn!). Zo kan je ‘oso’ (huis) ook als hoso uitspreken, net zoals opo/hopo (opstaan), ede/hede (hoofd), empi/hempi (hemd), ori/hori (houden), anu/hanu (hand), abi/habi (hebben) en esi/hesi (snel, vlug).
Even tussendoor: weet u nog hoe een groot warenhuis in de jaren zestig zijn Surinaamse oploskoffie noemde? Juist: Esi-esi koffie.
Een moedertaalspreker van het Sranan die kokosmatten aan een winkel leverde, wilde een keer gebruikmaken van ‘die hoptie’. De winkelier begreep hem niet, telde de matten en schreef een consignatiebon uit. De man bleef echter aandringen op ‘die hoptie’. Na enige uitleg bleek dat de man gebruik wilde maken van de optie om alvast een voorschot van 25 procent op te nemen. Hij wist niet dat het toevoegen van de ‘h’ aan het Nederlands woord ‘optie’ geen nadruk legde op dit woord, maar het tot een niet bestaand woord maakte.
Maar denk niet dat de ‘h’ bij elk Srananwoord optioneel is; bij hari (trekken) hoor je geen ‘ari’ zeggen en oma zegt niet: ‘a boi ebi’ als ze een kleinkind met enige moeite optilt; ze zegt ‘hebi’ (zwaar).
Lees het hele artikel in het novembernummer van Parbode