Ria van Asperen (93)
Ria van Asperen, weduwe van Teunis Willem Cornelis vanAsperen is 93, woont in een aanleunwoning tegen een bejaardencentrum in Nieuwe- gein (Utrecht) en aarzelde geen moment toen iemand haar meevroeg naar Suriname:“En ik vind het hier zó heerlijk, het liefst zou ik nooit weer terug gaan.”
Hoe bent uhier terechtgekomen?
“Nou, kijk,in zo’n bejaardenwoning zit je natuurlijk maar een beetje eenzaam en alleen tewezen. Dus toen ik hoorde dat er in de buurt activiteiten voor bejaarden werdengeorganiseerd ben ik er maar naar toe gegaan. Je wordt daar gehaald engebracht…Het was wel aardig, hoor, zo’n grote bal naar mekaar toerollen enweer wegduwen… maar die mensen waren eigenlijk veel te oud voor mij. Als‘Nederland in Beweging’ op televisie is, sta ik elke ochtend achter een hogestoel de oefeningen mee te doen, dus ik zwaai dan met m’n benen in het rond,druk mijn vingertoppen met gestrekte knieën op de grond, kijk: zo! Maar diemensen, die kúnnen dat allemaal niet meer. Behalve één mevrouw, mevrouw ElWanni, die is ook een stuk jonger, dus die komt nog goed uit de voeten…”
Ja, nee,maar hoe bent u nu hier teréchtgekomen?
“Daarwou ik net aan toekomen… Die mevrouw en ik, we hadden eigenlijk nooit eenwoord met elkaar gewisseld. Op een dag vroeg zo’n leidster waar ik invredesnaam naar toe ging. Ik zei: ‘Naar Zandvoort, ik weet de weg, hoor.’ Wantmijn man en ik, we gingen altijd naar het strand, daar. Dus die mevrouw ElWanni verzucht: ‘Ik zou weleens met u mee willen’. ‘Maar ja, natuurlijk, dangaan we samen!’ Zegt zij: ‘Alleen, niet op korte termijn, want ik ga eerst voorons bedrijfsfeest naar Suriname. Wilt u niet mee?’ En ik heb geen moméntgeaarzeld, heb direct ‘ja’ gezegd… Haar kinderen, ze zijn met z’n zevenen,zouden ook meegaan. Voor dat feest, dan, hè. Dus die keken allemaal wélverbaasd over die uitnodiging, voor hun was het ook vreemd, uiteindelijk kéndenwe elkaar niet, dus ik heb met ze kennis gemaakt en ze stonden er meteenhelemaal achter.”
En toen?
“Dat is nu twee maanden geleden. Ik moest me natuurlijkeerst wél laten keuren door de dokter. Maar die zei al gauw: ‘Gaat u maar, alsu blijft bewegen kunt u wel honderd worden! Nou, en toen in het vliegtuig. Ja,ik had één keer gevlogen, maar dat was in zo’n klein toestelletje, en ditvliegtuig was zó groot… ik vond het ook best spannend, toen ik instapte. Maarhet was geweldig! Ik had echt nergens last van! Ze hadden van tevoren gebelddat mevrouw Aziza El Wanni, en ik een ruime plaats zouden krijgen, waar? Já,bij een nooduitgang! Dicht bij de toiletten. En ik kon ook goed zien. ’t Ismooi hoor, als je over dit land vliegt, héél mooi van boven!”
U werd afgehaald…
“Zo mal, er stond daareen man, ik vloog hem zó om de hals! Ik dacht dat ik hem kende , maar dat washelemaal niet zo! Gelukkig was hij niet boos. Ik kreeg een beetje eeninzinking toen we daar zo reden, al die armoedige krotjes… ik werd door dathobbelen ook niet goed, dus ik moest er uit, overgeven. Dus, we gingen helemaalniet naar huis, we gingen naar een hotel om uitgebreid te gaan eten! Daar hebik maar niet aan meegedaan.”
En waar logeerde u?
“Bij die mensen! Een geweldig groot huis aan de Highway, ikwist niet wat ik zag! De hele avond kwamen er nichten, neven en vrienden langs.En die hebben ons later ook steeds opgehaald om naar de stad te gaan. En overalis het: oma hier en oma daar! Zo leuk! Mijn man en ik, we hebben helaas nooitkinderen gehad. Na een vleesboomoperatie hebben ze vroeger mijn eierstokkenweggehaald. Dat wíst ik niet eens. En we verlangden zó naar kinderen…, wildenzó graag een gezin… en nu noemden ze me opeens allemaal Oma. Dat washeerlijk! Paramaribo vind ik prachtig. Alleen, we hadden onze rollatormeege-nomen, maar dáár heb je hier niet veel aan.”
Wat deed u zoal?
Nou we hadden steeds iemand die ons met de auto rond bracht,gingen we inkopen doen, een neefje hielp me bij het kleren passen, stond ikdaar in m’n nakie… vond ie helemaal niet erg, hij aaide me over mijn rug:‘Oma, heb je het naar je zin?’ Mevrouw Aziza is ook zíjn oma. Zij heeft dieJeruzalem Bazaar destijds opgericht, aan de, Aiman, help me even, juist aan deSaramaccastraat! Daar gingen we elke dag naar toe, want mevrouw El Wanni stónderop om zelf te koken voor haar personeel. En ik zat daar bij. At overal vanmee, want ik vind álles lekker! Maar we zijn ook naar een plantage geweest,Frederiksdorp, ze moesten me alleen wél in het bootje helpen. Maar de hangmat,daar kwam ik helemaal zelf in.”
En dat feest?
Het vijftigjarig jubileum, gróót was dat! Gróót! Meer dan600 gasten! Heel veel eten en drinken. Met een band, de Kasimex Houseband. Enik heb gedanst, iedereen wilde met oma dansen. Echt onvergetelijk. Ik ben zoverliefd geworden op dit land. Als ik dit acht jaar geleden had geweten was ikhier, na de dood van mijn man, misschien wel komen wonen. Nu zit ik hier en wilniet meer weg! Maar ik ben een beetje te oud om die overstap nu nog te maken. Ikhoop wél terug te komen. Als mevrouw El Wanni volgend jaar oktober haarvijfenzeventigste verjaardag viert, wil ik dolgraag met haar mee. Tenminste,als ik dan nog goed ben. Want op mijn leeftijd ben ik toch een vrouw van de dag.”