Roshnie Radhakishun-Ramlakhan: ‘Ik heb Radika van de grond af weer opgebouwd’ – Parbode Sneak Peek
Roshnie Radhakishun-Ramlakhan (86) is met haar Radio Radika al meer dan een halve eeuw een begrip in de mediawereld. In gesprek met Parbode blikt de mediaguru terug op de hoogte- en dieptepunten van haar bedrijf. “Ik verlangde naar Suriname en de heroprichting van Radika”, vertelt ze over de periode van haar zelfgekozen ballingschap in Nederland tijdens de jaren tachtig.
Roshnie Radhakishun-Ramlakhan werd in 1931 geboren in een gezin van elf kinderen, haar vader was een immigrant uit Brits-Indië. Zij vertelt over hem: “Hij heeft eerst vijf jaar op een plantage gewerkt. Daar is hij zelfs in de gevangenis opgesloten geweest, wegens werkweigering. Zonder eten en drinken werd hij opgesloten. Door de tralies hebben lotgenoten het weinige dat ze hadden met hem gedeeld. Er komt te weinig over onze immigrantenvoorouders in de geschiedenisboeken. In India was er een sociaal kastensysteem en hij was van de koopmanskaste. Dat werk deed hij ook in Suriname. Ik werd geboren op Leiding, maar aangezien mijn vader levensmiddelen verkocht op de Centrale Markt, verhuisden we naar de Saramaccastraat, op de plaats waar nu een bekend casino staat. Ten slotte kocht hij een pand aan de Zwartenhovenbrugstraat, vlak bij de Dambrandersgracht. Daar woonden we toen ik de Louiseschool bezocht en erna mijn vierderangdiploma haalde. Daarna deed ik de avondschool derderang.”
Ze ging als leerkracht werken op de Openbare School van de Nieuwe Grond. “Voor school hielp ik de kinderen oversteken op het Pad van Wanica, er waren toen nog geen verkeersbrigadiertjes. Eens snauwde ik een chauffeur af die op het nippertje remde: ‘Heb je aardappelen in plaats van ogen’. Ik was vreselijk brutaal die tijd”, gniffelt ze, en vervolgt: “De man die gereden werd keek even over zijn krant. Weken later stond ik met vier collega-juffen tot vier uur op onze schoolbus naar de stad te wachten. Een auto met een man aan het stuur stopte. Het was diezelfde man wiens chauffeur ik had afgesnauwd. Hij bood ons een lift maar alleen als ik naast hem zou zitten. We besloten toe te stemmen en zo maakte ik kennis met mijn latere echtgenoot Shewh Shawh Radhakishun. Hij was ingenieur bij Billiton.”
Op haar 23ste was ze getrouwd, het echtpaar kreeg zeven kinderen. Radhakishun-Ramlakhan werd huisvrouw, ging op Hindiles en deed pro-Deowerk in vrouwenverenigingen. In 1962 werd Radio Dihaat Ki Awaaz (Radio Radika) opgericht, de oudste districtsradiozender met als voertalen het Sarnami en Nederlands. Deze zender werd gebouwd op hun perceel aan het Pad van Wanica. De dagelijkse aankondiging is simpel: ‘Radika, Radio Dihaat Ki Awaaz, de stem van het district’. Het is altijd ook een VHP-gericht station geweest, bevestigt de Radika-directrice. Haar zwager Harry Radhakishun, een steenrijke zakenman en belangrijke VHP-topper, was medeoprichter.
Over haar echtgenoot Shewh Shawh memoreert ze: “Het was een lieve man, helaas te vroeg overleden. Hij was in India toen hij in 1970 aan een voedselvergiftiging stierf. Ik was 39 jaar en had vanaf toen alleen de verantwoordelijkheid over Radika en de kinderen. Omdat ik ervan overtuigd ben nooit meer zo’n goede man te vinden, heb ik nooit aan een tweede huwelijk gedacht.”
Radika platgebrand
Het tweede grote dieptepunt in haar leven was toen het station en de zenders van Radika op 8 december 1982 met handgranaten werden vernietigd en platgebrand. Het station, dat aan de straatkant van het ruime perceel stond, brandde tot de grond af. “Omdat het grootste deel van mijn familie reeds in Nederland was en mij daar wou hebben, vertrok ik. Daar aangekomen – ik weet niet hoe ze aan mijn telefoonnummer kwam – werd ik gebeld door een mevrouw die vroeg of ik wou werken als tolk Nederlands-Hindi en Nederlands-Sarnami. Ik nam het voorstel met beide handen aan en heb in Nederland tien jaar als tolk gewerkt. Maar ik hield niet van Nederland, ik verlangde naar Suriname en de heroprichting van Radika. Onder mijn woonhuis heb ik toen Radika van de grond af weer opgebouwd, de heropening van Radika was een hoogtepunt. Bij de oude Pierkhan van Rapar heb ik een hele collectie Indiase platen op afbetaling mogen nemen zodat ik geen problemen zou hebben met het muziekgedeelte.” Nadien waren er nog twee grote dieptepunten: de dood van haar oudste zoon Mahinder, en later die van haar jongste zoon Suresh, toen die op middelbare leeftijd overleden. “Dat is zo ongeveer het ergste wat je kan overkomen”, zegt zij, “dat je je eigen kind moet begraven.”
Het hele artikel is te lezen in het decembernummer van Parbode.