SAAMAKA
Meedrijven op de stroom
Toeristen begonnen er mee. Zij zoeken een avontuurlijke reis over de woeste stroomversnellingen en dan is het dragen van een stoer zwemvest een deel van de pret. Touroperators ontdekten dat, en stelden het verplicht. Zo van: het binnenland is weliswaar avontuurlijk met al die wilde beesten en woeste stroomversnellingen, maar bij ons bent u in goede handen want wij denken aan alles. Zelfs aan zwemvesten. Het werkt. Die oranje opgedikte mensen zijn geen stresslijders op weg naar het bio-vakantieoord, maar ontdekkingsreizigers op eco-jungle-expeditie; dat zie je al op een kilometer afstand.
Ik beschouw die zwemvesten als een modeverschijnsel, niet als een veiligheidsmaatregel. Want als veiligheidsmaatregel zijn ze discutabel. Zulke zwemvesten zijn ontworpen voor langdurig verblijf in open water, niet voor een paar seconden in een stroomversnelling. Wie omslaat in een stroomversnelling en door het water wordt meegesleurd, die heeft al zijn behendigheid nodig en moet niet gehinderd worden door zo’n ding. Kijk maar eens op televisie naar sportwedstrijden: wildwaterkanovaarders dragen een heel ander soort zwemvest. En die oranje dingen verhouden zich tot wildwaterzwemvesten als modo-patta’s tot de schoenen die atleten dragen.
De zwemvestenmode begon dus bij de toeristen. Toen sloeg de mode over naar de politici en landsdienaren. Die komen graag in Saamaka: wandelen, zwetsen en zuipen op landskosten, met ontberingstoelage toe. Wat is er mooier dan dat? Maar er is een klein ongemak, ik kom daar zo op.
Discrimineren doen we nooit en Boslandcreolen zijn de broeders van Stadscreolen – wel een beetje achterlijke broertjes, waar een Stadscreool toch niet graag mee verward wordt. Saamaka worden door Paramariboianen net zo welwillend en neerbuigend bejegend als Surinamers door Nederlanders. Er is een belangrijk verschil: bij Nederlanders zie je direct dat ze geen Surinamers zijn. Het verschil tussen een ontwikkelde Stadscreool en zijn mindere broeder is minder zichtbaar en dat is toch een probleem. De meeste Creoolse politici en landsdienaren gedragen zich in Saamaka als Zwarte Bakra’s op het Leidseplein van Paramaribo: ‘Wij zijn geen inboorlingen’ stralen zij uit. En dan helpt zo’n zwemvest.
Nodig is het niet. Iedere Creool kan foutloos een Bosneger spotten. En omgekeerd ook. Bier en een bureau geven een ander postuur dan cassave en een kostgrond. Maar Stadscreolen in Saamaka zijn net zo zelfbewust als meisjes van zestien met puistjes en zwemvesten hebben wel iets van beha’s. Ze verbergen niet, ze etaleren: geld en macht. En dus sloeg de mode over naar de Saamaka-jongeren die voor de bakra’s werken. Jongens die ik een paar jaar geleden nog in de stroomversnellingen van Jaujau en Bofokule zag duiken zijn nu ontwikkeld en dragen nu een wit overhemd en een zwemvest, in korjalen met een vlag er op. Ze zijn ontwikkeld, dat zie je zo.
Mode maakt rare sprongen, dat is bekend. De zwemvestenmode slaat nu over op schoolkinderen. Die gaan nog steeds naar school in de korjaal, zomaar zonder zwemvest aan… dat kan toch niet? Stel je voor dat zo’n kind verdrinkt, wie krijgt dan de schuld? Als er een schoolbus verongelukt dan is dat niemands schuld, want schoolkinderen horen nu eenmaal is bussen. Maar als een korjaal verongelukt, dan gaan de mensen natuurlijk vragen: welk schoolbestuur vertrouwt zijn kinderen toe aan zo’n onontwikkeld ding? Zwemvesten aan, dus.
De kinderen vinden het heerlijk. Vroeger speelden alleen de kinderen die goed konden zwemmen in de gevaarlijkste stroomversnellingen. Nu hoeven ze daarvoor niet meer te leren zwemmen. Iedereen die een zwemvest heeft kan het en dat is vooruitgang.
De volgende stap is dat een NGO een zwemvestencampagne voor alle broeders en zusters in het binnenland verzint, want een zwemvest is toch net zo iets als een waterleiding of een condoom. Vrij veilig, drink veilig en vaar veilig. Niemand hoeft meer te leren zwemmen, een getraind immuniteitssysteem te hebben of zelfbeheersing. Dat is vooruitgang.
Als zelfs de schoolkinderen zwemvesten dragen, dan zullen de politici moeten zoeken naar iets nieuws om zich te onderscheiden. Wat? Ik heb een suggestie: integriteit.