Somo telt niet meer mee
Decennialang speelde Paul Somohardjo, in positieve en (vooral) negatieve zin, een rol op de voorgrond van het politieke toneel. Maar sinds hij na de verkiezingen van vorig jaar op het laatste moment in de coalitieboot van zijn voormalige vijand stapte, is het een stuk stiller geworden rond de voorzitter van Pertjajah Luhur. Zijn tanende invloed probeert hij te compenseren met nog gênanter gedrag en door onder de gordel te schoppen.
Enkele jaren geleden lanceerde Somohardjo met veel bombarie De Waarheid, een weekkrantje dat, zo beloofde hij, zeer snel een dagblad zou worden. Hij zou wel eens laten zien hoe journalistiek echt bedreven zou moeten worden. Daarna volgden vele nieuwe beloftes dat hij met zijn dagblad zou komen, maar tot de dag van vandaag is dit er nog steeds niet. Het bleef bij een sporadisch uitgekomen blaadje, waarin vooral Somohardjo en zijn partijgenoten mochten opscheppen over hun verdiensten. Over hun vele misstappen werd uiteraard gezwegen.
Brengt een journalist van een krant die wel bestaat de echte waarheid, dan wordt Somohardjo vals. Dat heeft Iwan Brave van de Ware Tijd onlangs ervaren. Die hing gedocumenteerd de vuile was van (inmiddels ex-)ministerskandidaat Kromodihardjo buiten. De feiten beargumenteerd weerleggen kon de Javaanse voorman niet, dus gooide hij het over een andere boeg: ‘Als het van meneer Iwan Brave komt, ja wat moet ik van hem zeggen? Ik weet dat hij aan de drugs zit. Hij liep toch naakt op straat? Ik vraag me af hoe zo een bekend blad zo iemand nog handhaaft’ (bron Dagblad Suriname).
Het verschil tussen Brave en Somohardjo is dat eerstgenoemde verkeerde beslissingen uit zijn verleden toegeeft, Somohardjo niet. En dat Brave (voor zover bekend) geen strafblad heeft, Somohardjo wel. Ik durf te stellen dat meer lezers waarde hechten aan wat Brave schrijft, dan er kiezers zijn die geloven wat Somohardjo zegt.
Het valt wel te verklaren waarom Somohardjo zich zo laat gaan: hij heeft nauwelijks iets anders om handen. Zijn rol in het machtscentrum is nagenoeg uitgespeeld, nadat hij na de verkiezingen van mei 2010 als een pingpongbal van de ene naar de andere mogelijke samenwerkingspartner stuiterde. Om toch op de voorgrond mee te mogen doen, koos hij, na zijn smadelijke nederlaag in de strijd om de voorzittershamer in de Nationale Assemblee, op het allerlaatste moment eieren voor zijn geld en ging in zee met de Mega Combinatie.
Sindsdien is het akelig stil rondom hem. Binnen de coalitie maakt de Mega Combinatie van president Desi Bouterse, nadrukkelijk de dienst uit. Voor Somohardjo is slechts een frustrerende bijrol weggelegd. Dat beseft hij ook. En dat leidde tot een absurd gênante vertoning tijdens een feestje van zijn partij op 15 januari. Als een kind dat het zojuist behaalde zwemdiploma trots aan de ouders laat zien, wapperde Somohardjo met een door Bouterse ondertekende toezegging dat hij bevoegd is om in het buitenland investeerders aan te trekken. Overigens een slimme zet van Bouterse: die weet ook dat alle potentiële investeerders, waarmee Somohardjo de afgelopen twintig jaar schermde na zijn zoveelste door de belastingbetaler bekostigde ‘dienstreis’, uiteindelijk tot geen enkele investering in ons land heeft geleid.
Als hij over een jaar of wat op zijn carrière terugblikt, beseft hij misschien pas dat deze actie op het partijpodium tot de grootste dieptepunten behoorde… En dat 25 mei 2010 de dag was waarop het begin van het einde van zijn vooraanstaande politieke rol werd ingeluid. Sindsdien telt hij immers niet echt meer mee. Tip voor president Bouterse: maak ook van 25 mei een nationale feestdag om dit heugelijke moment te gedenken.