Sorry Gilliana
Gilliana Kartotaroeno overleed op 12 februari op achtjarige leeftijd. Haar dood had wellicht voorkomen kunnen worden indien ze op tijd naar het buitenland was overgebracht voor medische behandeling. Maar daar was niet voldoende geld voor, en ook vanuit de overheid kwam weinig steun. En dus rijst de vraag: hoeveel is een mensenleven waard?
Bij Gilliana werd in oktober vorig jaar een zeldzame beenmergaandoening ontdekt, die niet in Suriname behandeld kon worden. Haar enige kans om te overleven was een beenmergtransplantatie in het buitenland, waaraan een prijskaartje van minimaal 150.000 USdollar hing. Het Staatsziekenfonds wilde of kon dat niet ophoesten, bij de overheid klopten de ouders tevergeefs aan de deur: 35.000 Usdollar was het maximumbedrag dat beschikbaar gesteld kon worden, want regels zijn regels. Sorry Gilliana.
Zoals zo vaak luidde Stichting 1 voor 12 de noodklok en nam het initiatief om het benodigde geld bij elkaar te schrapen. Su Aid sloot zich daarbij aan, maar het bleek uiteindelijk te laat. Een bloedvergiftiging werd Gilliana fataal. Pijnlijk was dat nauwelijks een dag nadat ze was begraven, oud-districtscommissaris Raymond Landbrug het nodig vond om tegenover de Ware Tijd te benadrukken dat voor geldinzamelingsacties toestemming nodig is van de overheid. Hij kreeg bijval van advocaat Stanley Marica. Eigenlijk zijn zij het standpunt toegedaan dat terwijl de overheid ernstig zieken laat barsten, anderen met wél een goed hart je niet spontaan mogen helpen als je je niet aan de officiële regels houdt. Sorry Gilliana. Terwijl sommige politici (inclusief de president) en hun familieleden met enige regelmaat naar Cuba afreizen voor medische behandelingen en daar dus kennelijk ook het geld voor hebben, is de gewone burger die dat geld niet heeft, aangewezen op de goedheid van anderen om de hoge kosten op te kunnen brengen. Dat vergt vaak veel tijd die er niet is. Waardoor de hulp soms te laat komt. Sorry Gilliana.
Is het leven van een politicus of iemand anders die het goed heeft getroffen, meer waard dan van een meisje van acht, van wie de ouders het niet zo breed hebben? Je zou op basis van het voorgaande denken van wel. Op steun vanuit de politiek konden ze in ieder geval niet rekenen, terwijl politici voor hun verkiezing plechtig predikten dat ze zich zouden gaan inzetten voor land en het welzijn van het volk, zonder aanzien des persoons. Als alle parlementariërs dat ook werkelijk meenden, dan hadden ze een royaal gebaar gemaakt en bijvoorbeeld een half maandsalaris voor Gilliana beschikbaar kunnen stellen. Dan zouden de medische kosten al voor een behoorlijk deel zijn gedekt. Aan de meeste politici zal het drama-Gilliana waarschijnlijk voorbij zijn gegaan, de heren en dames waren te druk met ruziemaken over de terugroepkwestie van Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan, dat was op dat moment veel belangrijker. Sorry Gilliana.
Terecht gaan er nu stemmen op om een speciaal fonds in te stellen voor noodgevallen zoals die van Gilliana. Daarmee zou veel ellende voor patiënten en hun familieleden voorkomen kunnen worden. Politici zouden zich een keer van hun goede kant kunnen laten zien door zich daar sterk voor te maken en het fonds de naam Gilliana mee te geven. Voor de kleine meid komt het hoe dan ook te laat. Nogmaals sorry daarvoor Gilliana.