Surilines: Nickerie afhankelijk van specialisten uit Nederland: ‘Soms draai ik twee operatiekamers tegelijk’
Het Mungra Medisch Centrum in Nickerie draait al twee decennia op Nederlandse krachten. Met medische specialisten en donaties wordt de hoogste nood geblust. Maar de goedbedoelde hulp heeft ook een keerzijde: aan een alternatief wordt niet gewerkt.
Tekst Robin Austen en Zoë Deceuninck
Het is 7 uur in de ochtend. De ramen en deuren van het ziekenhuis staan wagenwijd open voor frisse lucht. Het is nog vroeg, en al bijna 20 graden. Verpleegsters lopen rond met ontbijt op karretjes, patiënten zitten slaperig in bed, een schoonmaakster maakt zich geruisloos uit de voeten. Het Mungra Medisch Centrum (MMC) in Nickerie, het enige ziekenhuis in West-Suriname, maakt zich klaar voor een nieuwe dag.
In de gang loopt Chander Mahabier (72) rond om te kijken of er iets veranderd is in de vier maanden dat hij in Nederland was. De portier van het ziekenhuis heeft op zijn terugkomst gewacht. Hij rent achter Mahabier aan. Of de dokter eens wil kijken naar zijn dochter? Ze heeft een knobbel op haar gezicht. “Breng haar om 8 uur naar mijn poli, dan kijk ik ernaar”, belooft Mahabier. Eerst gaat hij op visite bij zijn patiënten. Die kijken nauwelijks op wanneer er een andere dokter naast hun bed staat. Al sinds de jaren negentig werkt het MMC met ‘pendelende specialisten’. Eerst kwamen de medische specialisten uit Paramaribo, op en af naar Nickerie. De afgelopen twintig jaar komen er ook specialisten uit Nederland.
Om half 8 vindt er een korte overdracht plaats. De dokters uit Nederland verzamelen zich en bespreken de situatie van nieuwe patiënten. Er is één patiënt opgenomen: een 38-jarige man met zeer verward gedrag. Vermoedelijk gaat het om een tumor in de hersenen. Er is een MRI-scan gemaakt in Paramaribo, het MMC heeft daarvoor zelf geen equipment. Bij de bespreking kan de radioloog niet duidelijk vaststellen om welk soort hersengezwel het gaat. Er wordt overleg gepleegd met een neurochirurg uit het Academisch Ziekenhuis Paramaribo. Mahabier meldt dat hij een grote doos met hechtdraden en verband heeft meegebracht uit Nederland. Ook zijn collega’s nemen regelmatig gedoneerd materiaal mee uit Nederland, omdat het MMC vaak een tekort heeft aan de meest basale middelen. Daarna gaat het gesprek over geld.
De gepensioneerde specialisten uit Nederland krijgen van het MMC in Nickerie naast een vliegticket, huisvesting en een fiets, een maandelijkse vergoeding van 2500 euro. Dat is een kwart van wat ze in Nederland verdienden, maar nog altijd bijna twee keer zoveel als een specialist in loondienst van het MMC. Die kan slechts op 1500 euro bruto rekenen. Het MMC verkeert in moeilijk financieel vaarwater. De betalingen aan de specialisten uit Nederland lopen vaak meer dan een half jaar achter. “Dit ontmoedigt de specialisten om te blijven komen”, weet Mahabier. Hij coördineert al twintig jaar de medische hulpverlening in het ziekenhuis. Vorige week had Mahabier nog persoonlijk overleg in Paramaribo met de ministers van Financiën en Volksgezondheid. Er is beloofd om een aparte rekening voor de specialisten te openen.
Leermeesters
“De Nederlandse specialisten zijn onze leermeesters. Zij zijn degenen die ons hier leiden als organisatie”, zegt Shaista Abdul, de 28-jarige directeur van het MMC in Nickerie. “Zonder hen zouden patiënten naar Paramaribo moeten voor specialistische zorg, en kan het MMC zijn deuren sluiten. Dan zouden we helemaal niets meer verdienen.” Abdul komt net uit de schoolbanken, waar ze de opleiding bedrijfskunde heeft afgerond. Volgens haar zijn Surinaamse specialisten niet bereid zich in Nickerie te vestigen. Het ziekenhuis draait bijna uitsluitend op buitenlandse krachten. Naast de twaalf Nederlandse specialisten (waaronder cardiologen, chirurgen, gynaecologen, urologen en radiologen) zijn er nog vijf Cubanen werkzaam: een internist, een oogarts, een anesthesist en twee kinderartsen. Op aanvraag kan het ziekenhuis in Nickerie een beroep doen op een dermatoloog, orthopeed, psychiater en neuroloog uit Paramaribo, dat op bijna vier uur rijden van Nickerie ligt.
“Zo is het altijd al geweest”, meent Sergio Linga, directeur Verpleegkunde in het MMC, wanneer we hem vragen hoe het is om een ziekenhuis te draaien op externe krachten. “Het verschil met vroeger is dat de Nederlandse specialisten nu maar vier tot zes weken blijven. Vroeger hadden we specialisten uit het buitenland die hier bijna tien jaar aaneengesloten werkten. Eentje uit Bulgarije en iemand uit Roemenië. Je kon op ze rekenen”, zegt Linga, die zelf al 26 jaar in het ziekenhuis werkt. “Nu gaat dat nauwelijks op. Patiënten kunnen niet echt een vertrouwensrelatie opbouwen met een specialist die maar enkele weken per jaar komt. Ook voor de specialist is alles dan weer nieuw.”
In de jaren dat Linga in het MMC werkt, eerst als verpleger en nu als verpleegkundig directeur, heeft hij al veel Nederlandse specialisten zien komen en gaan. “Het zijn mensen die op vrijwillige basis komen. Die mannen hebben hun carrière in Nederland afgerond, willen helpen en komen hier een beetje vrije tijd invullen.” Maar omdat de Nederlandse specialisten allemaal gepensioneerd en dus op leeftijd zijn, vallen er ook regelmatig mensen uit. “Soms komt iemand drie jaar op en af, en dan plots niet meer. Dan zitten we met een gat”, zegt Linga.
Opleiding
De oplossing is om zelf voor specialisten te zorgen, maar dat is al vaak mislukt, constateert Linga. “Het MMC heeft al geïnvesteerd in de opleiding van specialisten. We verplichten ze met een contract om na hun opleiding een aantal jaren voor ons te werken. Sommige komen voor een korte tijd, andere komen niet eens terug. Ze houden zich niet aan gemaakte afspraken.” Een Surinaamse arts die zich wil specialiseren moet daarvoor naar Nederland.
Gedurende zijn carrière zag Linga zeven specialisten vertrekken, nadat het MMC hun opleiding betaalde. Ze trokken naar Paramaribo of het buitenland, niemand bleef. “We zullen tien keer nadenken voor we nog eens iemand opleiden. Zeker als we een tussentijdse oplossing hebben zoals nu, met de pendelende specialisten”, zegt Linga. Maar die oplossing is al lang niet tijdelijk meer. De laatste twintig jaar blussen Mahabier en zijn collega’s de hoogste nood in het ziekenhuis, dat ruim zestig jaar geleden zijn deuren opende. Dat heeft ook een keerzijde. Het MMC is zo gewend geraakt aan externe hulp, dat er niet wordt gewerkt aan een alternatief.
De directie van het MMC heeft geen geld meer om artsen een opleiding tot specialist te laten volgen. Het ziekenhuis leidt al jaren structureel verlies. In 2018 zijn de inkomsten omgerekend 6,6 miljoen euro en de uitgaven 7,4 miljoen euro, aldus het financieel jaarverslag. De verpleegkunde brengt 1,4 miljoen euro in het laatje, de specialisten – die voor de meeste patiënten zorgen – bijna 300.000 euro. De overheidssubsidie bedraagt 1,8 miljoen euro, de openstaande schuld 5,3 miljoen euro. “De situatie is de afgelopen jaren alleen maar verslechterd. De geldkraan uit Paramaribo is nu dicht”, stelt Abdul, algemeen directeur van het MMC, vast. “We moeten patiënten vragen om zelf contrastvloeistof te kopen zodat we een CT-scan kunnen maken. Zover is het al gekomen.” Voorafgaand aan een CT-scan wordt contrastvloeistof via een infuus toegediend, zodat de scan de bloedvaten en organen beter in beeld kan brengen. De reden waarom het ziekenhuis nog ‘een beetje draait’ is volgens Abdul te danken aan de Nederlandse specialisten, donaties van Nederlandse en Surinaamse particulieren en organisaties, en Surinaamse leveranciers van medicijnen en medisch materiaal. “Zij blijven ondanks de groeiende schuldenlast medicijnen en materiaal voorschieten.”
Twee operatiekamers
Mahabier voelt elke dag hoe belangrijk zijn aanwezigheid in Nickerie is. Morgen staan er negen operaties op de agenda, waaronder een tumor in het gezicht, een ingegroeide nagel, een navel- en een liesbreuk. “Soms draai ik twee operatiekamers tegelijk. Als ik klaar ben met de ene patiënt kan ik meteen beginnen aan de andere. Zo kan ik veel mensen helpen”, aldus de 72-jarige chirurg. Hoelang hij dat nog volhoudt, is een vraag die hij zelf niet kan beantwoorden. “Wij worden allemaal een jaartje ouder.”
Op eigen initiatief klopt Mahabier geregeld op de deur van de Surinaamse regering met adviezen om de gezondheidssector te versterken. De oplossing is namelijk al lang bekend, ook in Suriname. “Suriname moet massaal zijn eigen specialisten opleiden”, zegt Mahabier. Dat mensen na hun specialisatie vertrekken is nu eenmaal de situatie van het land, vindt hij, doelende op de financieel-economische crisis waarin Suriname zich bevindt. “Iedereen gaat altijd op zoek naar werk waar ze beter betaald worden. Het is een risico dat je erbij moet nemen.” Als het aan Mahabier lag, was de specialisatieopleiding al lang een feit. “Het gaat mij allemaal veel te traag. De plannen zijn er, de structuur is er, de oplossing ligt binnen handbereik. Het is een open goal, maar niemand neemt de aftrap”, verzucht hij. “Als ik het zelf kon doen, was het al lang gebeurd. Maar ik heb geen bevoegdheid om op dat niveau te handelen. Wat ik kan doen, doe ik al.” De bal ligt in het kamp van Suriname.
Aantal specialisten in Suriname
Suriname heeft 21 medische specialisaties en 207 specialisten die verbonden zijn aan de Stichting Staatsziekenfonds, de instelling voor ziektekostenverzekering in Suriname. De specialisten werken uitsluitend in de vier ziekenhuizen in Paramaribo: het Academisch Ziekenhuis Paramaribo, het Diakonessenhuis, ’s Lands Hospitaal en het Sint Vincentius Ziekenhuis. Het Streekziekenhuis Marwina in Oost-Suriname, het Streekziekenhuis Atjoni in Zuid-Suriname en het Regionaal Ziekenhuis Wanica hebben geen specialisten. Het Mungra Medisch Centrum in West-Suriname en het Sint Vincentius Ziekenhuis in Paramaribo werken allebei met pendelende specialisten. Het Sint Vincentius Ziekenhuis heeft 27 specialisten, waarvan drie ‘pendelaars’ uit Nederland. Behalve in de ziekenhuizen werken veel Surinaamse specialisten ook in particuliere klinieken. “Paramaribo is aantrekkelijk voor specialisten. Daar hebben ze naast hun werk in het ziekenhuis ook hun eigen praktijk waarmee ze goed verdienen”, zegt Sergio Linga, directeur Verpleegkunde in het Mungra Medisch Centrum in Nickerie. “Bij ons werken specialisten in loondienst.” In het district Nickerie wonen 34.000 inwoners, te weinig om naast het werk in het ziekenhuis een eigen praktijk te draaien. Het salaris voor een specialist in het MMC bedraagt ‘tussen SRD 25.000-30.000 bruto’, omgerekend 1100-1300 euro. In Paramaribo ligt dat volgens twee specialisten die anoniem willen blijven, op minstens SRD 50.000. In hun eigen praktijk werken medische specialisten met een Fee-for-Service-systeem, waarbij het salaris afhangt van het aantal patiënten en behandelingen. De meeste specialisten in Suriname zijn internisten (27), artsen gespecialiseerd in aandoeningen die de organen in het lichaam aantasten. Daarna volgen anesthesisten (19), kinderartsen en gynaecologen (elk 16), psychiaters, chirurgen en cardiologen (elk 13), oogartsen (12) en dermatologen (9). Suriname beschikt met zo’n 580.000 inwoners over maar één patholoog-anatoom verbonden aan het SZF. Deze stelt de (vermoedelijke) doodsoorzaak vast. Het land heeft slechts twee kaakchirurgen, drie longartsen, drie plastisch chirurgen en vijf urologen. |
Overschot aan personeel
Het Mungra Medisch Centrum in Nickerie telt 480 vaste medewerkers, waaronder vier directieleden, vijf Cubaanse specialisten, 195 verpleegkundigen en 276 administratief en logistiek personeelsleden. “De verhouding is scheef. We hebben een overschot aan administratief personeel, en komen verpleegkundigen tekort om de zorg aan het bed te leveren”, zegt Shaista Abdul, sinds november 2020 algemeen directeur van het MMC. Het ziekenhuis richt zich op de 45.000 inwoners in West-Suriname, van Coronie, Wageningen, en Nickerie tot het Wayambo- en het Kabalebogebied in het zuidwesten. Het MMC heeft een beddencapaciteit van 117 en een gemiddelde bezettingsgraad van 85 procent. Volgens Sergio Linga, directeur Verpleegkunde van het MMC, is er behoefte aan 54 extra verpleegkundigen om het ziekenhuis optimaal te kunnen draaien. In augustus 2021 betaalt het ziekenhuis omgerekend 159.624 euro aan personeelskosten, terwijl de inkomsten die maand slechts de helft zijn: 84.507 euro. De financiële situatie zet Abdul in een onwerkbare situatie. “Het nieuwe directieteam zit er al een jaar, maar we hebben op beleidsvlak niet veel kunnen betekenen. Zolang er geen geld is, kunnen we niets doen”, beweert Abdul. Zij richt haar blik op Paramaribo, waar de minister van Financiën kantoor houdt. “De overheid zal moeten inkomen. Zonder financiële injectie redden we het niet.” Daarnaast wil de directie elke medische afdeling van een aparte boekhouding voorzien. “Op basis van die gegevens kunnen we zien hoeveel elke afdeling kost, en wat het ziekenhuis eraan terugverdient. Over de afdelingen die op verlies draaien, moeten we een beslissing nemen of we er wel mee doorgaan.” Overbodig administratief personeel ontslaan lijkt een logischere oplossing die bovendien de zorgverlening niet in gevaar brengt, maar dat is geen optie voor Abdul; “Ik kom niet aan mensen hun brood. Dat ga ik niet doen”, zegt ze stellig. |
De groei van het MMC
Op 15 januari 1959 wordt het ’s Lands Ziekenhuis Nickerie geopend. Het is het enige ziekenhuis in het westen van Suriname en telt 52 bedden, een directeur, een hoofdzuster, 12 verpleegkundigen, één internist, drie analisten, één administratief werker en zes logistieke medewerkers. Door een sterke bevolkingsgroei als gevolg van toenemende welvaart en ontwikkelingen in de rijstteelt wordt het ziekenhuis al snel te klein. Aangezien het ziekenhuis geen specialisten heeft – met uitzondering van een internist – gaan patiënten naar Paramaribo voor specifieke zorg. Het ziekenhuis komt daardoor begin jaren 80 in financiële problemen: er zijn te weinig inkomsten (lees: patiënten). Op 14 januari 1988 gaat de Staat Suriname een lening aan met de Inter American Development Bank voor de kosten van de uitbreiding van het ziekenhuis. Ter waarde van 9,7 miljoen US-dollar worden er een laboratorium, apotheek, verloskamer, EHBO, mortuarium, een polikliniek en een röntgen- en operatiekamer gebouwd. Voor het eerst wordt melding gemaakt van ‘pendelende specialisten’: tijdens de bouwwerkzaamheden krijgen zij een ruimte boven het gebouw van Kersten aan de Julianastraat in Nickerie. Op 6 december 1988 wordt het ’s Lands Ziekenhuis Nickerie een stichting: Stichting Streekziekenhuis Nickerie. In maart 1994 wordt het ziekenhuis vernoemd naar de overleden arts Lachmipersad Mungra, geboren en getogen in Nickerie. Het ziekenhuis heet dan L. Mungra Streekziekenhuis Nickerie (LMSZN). Op 19 maart 1996 zijn alle werkzaamheden klaar en is de oppervlakte van het ziekenhuis dubbel zo groot, met een capaciteit van 75 bedden. Op 25 mei 2017 krijgt het LMSZN een laatste naamsverandering en wordt het Mungra Medisch Centrum (MMC). Het ziekenhuis heeft momenteel 117 bedden. |
|
Dit artikel is onderdeel van de serie ‘Surilines’, een onderzoek naar de banden tussen Suriname en Nederland in de aanloop naar 50 jaar Onafhankelijkheid. In 2022 ligt de focus op de gezondheidszorg
Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.
Dit artikel is verschenen in het juninummer van de Parbode
Wilt u informatie over het afsluiten van een (digitaal) abonnement?
Klik op www.parbode.com/abonneren