Surinam op Mauritius revisited – Parbode Sneak Peek
In de Parbode van augustus 2013 staat een intrigerend artikel over een plaatsje op het eiland Mauritius met de naam Surinam. Mauritius ligt ver weg in de Indische Oceaan, honderden kilometers ten oosten van Madagascar en de Afrikaanse kust, maar het heeft veel met Suriname gemeen: een tropisch vochtig klimaat, een gemengde bevolking van Hindostanen, Creolen van Afrikaanse afkomst, mensen met Javaanse trekken uit Madagascar en een kleine Chinese bevolking, die allemaal Creole spreken, een grotendeels aan het Frans ontleende taal.
Door Salomon Kroonenberg
Het staat vol met suikerriet, en het is ook het eiland van de beroemde uitgestorven dodo, de walgvogel. Aan de zuidkust, waar Surinam ligt, slaan enorme golven op de zwarte basaltkust, een paradijs voor surfers. In het Parbode-artikel werd uitgebreid in het dorp navraag gedaan naar de herkomst van die naam. Een zekere heer Jaggernath, ex-burgemeester van het dorp, zei dat de naam niets te maken heeft met de aanwezigheid van de Hollanders of het land Suriname. ‘Surya betekent in het Hindi ‘zon’ en Nam betekent simpelweg ‘naam’. Samengevoegd is dat Surinam geworden. Het plaatsje is dus eigenlijk vernoemd naar de zon die hier veelvuldig schijnt’.
Nu ben ik zelf met vakantie op Mauritius, en mij intrigeert die naam natuurlijk net zo goed. Ik ben nog niet overtuigd dat die meneer Jaggernath gelijk heeft. Als je de uitstekende topografische kaart van het Institute Géographique Nationale, de Franse Topografische Dienst, goed bekijkt, dan valt op dat Hindostaanse plaatsnamen vrijwel afwezig zijn. Waarom hier dan wel?
Ik rijd naar Surinam, vraag eerst aan een paar jongeren bij een bushalte waar de naam vandaan komt, maar dat weten ze niet. Ze hebben wel van het land Suriname gehoord. Dan probeer ik het bij het Surinam Training Centre, een soort middelbare beroepsopleiding, aan het eind van een lange smalle ommuurde oprijlaan. Misschien weten ze daar meer. De bewaker kijkt mij wantrouwig aan – zo’n loslopende witte – maar als ik hem uitleg waarvoor ik kom roept hij een docent van het instituut voor me. Die weet het ook niet: hij verwijst mij door naar de District Council van het district Savanne in Souillac, de provinciehoofdstad en een oude Franse haven. Surinam er bijna tegenaan gegroeid. De District Commissioner is een vriendelijke, nog vrij jonge vrouw, die probeert mij te verwijzen naar de Carnegie bibliotheek in Curepipe en de National Library in de hoofdstad Port Louis. Maar ze wordt voortdurend in de rede gevallen door een opdringerig mannetje achter het bureau naast haar, dat mij snel een print van de Wikipedia van Surinam in handen duwt. Die heb ik natuurlijk zelf ook al. Kennelijk weet niemand hier meer dan de heer Jaggernath. Ik begin aan mijn missie te twijfelen. Ik kwam het imposante gele gebouw binnen door de voordeur, maar ik word uitgeleid langs de brandtrap aan de zijkant. Het lijkt inderdaad op een afgang.
Lees verder in het julinummer van Parbode