Suriname en Nederland vechten samen tegen corona – Parbode Sneak Peek
De coronacrisis zaait niet alleen dood en verderf. Terwijl het aantal COVID-19-besmettingen in ons land met de dag stijgt, wordt er nieuw leven geblazen in de band tussen Suriname en Nederland. Aan het moederland is medische hulp gevraagd om de COVID-19-verspreiding de kop in te drukken. “We kunnen veel voor elkaar betekenen om deze ziekte ook in Suriname in te dammen”, zegt de Nederlandse intensivist van het Radboudumc Ziekenhuis, Jeroen Schouten.
Tekst Arjen Stikvoort
Schouten hoefde niet lang na te denken over het dringende verzoek van de Surinaamse hartspecialist Pieter Voigt om de uit de hand lopende coronacrisis te bestrijden. “Net nu het in Nederland beter gaat met het coronavirus, kwam deze noodkreet uit Suriname waar het virus in rap tempo oplaait. Suriname had dringend hulp nodig.” Schouten vervolgt: “We zitten nu in de corona-flow en hebben de afgelopen maanden in Nederland veel geleerd over het virus en de werkwijze. Dat willen we graag delen met de Surinaamse gezondheidsmedewerkers. Nu is het niet de tijd om achterover te gaan leunen.”
Schouten stelde vanuit verschillende Nederlandse ziekenhuizen een dertien man sterk medisch team van infectiologen, intensivisten, infectiepreventiedeskundigen, IC-verpleegkundigen, laboranten en microbiologen samen. Financieel was het snel geregeld, legt Schouten uit. De stichting Su4Su zorgde voor huisvesting, het Nederlandse ministerie van Volkshuisvesting betaalde de tickets. Binnen twee weken reisde het Nederlandse medische team af naar Suriname om van begin juli tot eind september te komen helpen in de strijd tegen corona.
Schouten en zijn team laten zich leiden door de Surinaamse artsen. “Zij weten namelijk waar de zorg het hardst nodig is. Daar spelen we op in.” Het Nederlandse team doet verschillende ziekenhuizen aan en leidt onder andere de IC-verpleegkundigen op in ziekenhuizen van Nickerie tot Paramaribo. Het assisteert bij het testen in de laboratoria en ondersteunt de artsen waar nodig. Geen ziekenhuis in Paramaribo en omstreken wordt overgeslagen. Het Wanica Ziekenhuis krijgt de meeste hulp, omdat daar de meeste COVID-19-patiënten verpleegd worden. De samenwerking verloopt soepel, vertelt Schouten. “Never waste a good crisis. Haal je voordeel eruit. We kunnen elkaar echt helpen. We delen tips, trics en onze expertise: hoe draai je gemakkelijk een coronapatiënt op zijn buik om zo optimaal mogelijk de beademing toe te passen, hoe gebruik je de zelfbeschermende middelen het best, hoe pas je de meest geschikte technieken toe om zuurstof toe te dienen en vooral: hoe vergroot je de efficiency van behandeling op het moment dat er vele patiënten gaan komen.” Alle artsen zijn overal nodig, maar ze kunnen niet overal tegelijk zijn. Behalve medische, moeten de Surinaamse artsen ook veel andere zaken regelen betreffende bijvoorbeeld medische apparatuur, beschermingsmiddelen en de logistiek rondom corona. Een extra hand is dan natuurlijk altijd welkom. “We wisselen elkaar af in de ziekenhuizen en geven ondersteuning waar die het hardst nodig is.”
Tekort aan IC-verpleegkundigen
De beide teams draaien overuren, zeven dagen per week staan ze aan het bed. De nood is volgens Schouten het hoogst op de Intensive Care (IC). Er is een gebrek aan gediplomeerde IC-verpleegkundigen.
Lees het hele artikel in het oktobernummer van Parbode