Suriwood: Studio Paramaribo opent zijn deuren – Parbode Sneak Peek
Licht, camera en actie! De eerste filmstudio van Suriname is sinds begin april een feit. Studio Paramaribo wil ervoor zorgen dat de kwaliteit van cinema en televisie naar een hoger niveau wordt getild en dat filmmakers van de nieuwe generatie een plek hebben waar ze hun ei kwijt kunnen.
Door Tom Roggen
De oprit naar de Hal aan de Grote Combéweg ziet er nu anders uit dan voorheen. Voor de ingang van de voormalige multipurpose exhibit hall staat nu een grote witte trailer. De Hal zelf is omgebouwd tot studio met diverse filmsets. Bij binnenkomst staan studenten te discussiëren over de opnames van een interview. Het opspelden van de microfoontjes verloopt moeilijk en een filmstudent krijgt zijn camera niet aan. Maar de chaos staat niet in de weg van de gedrevenheid die op de set heerst. Stuk voor stuk zijn het studenten die het vak willen leren.
Op 1 april van dit jaar opende Studio Paramaribo haar deuren voor het publiek. De jarenlange droom van Eddy Wijngaarde, oprichter van The Back Lot, en Philippe Vié, oprichter van het Nederlandse cameraverhuurbedrijf Camalot, werd werkelijkheid. “Het originele idee voor de studio was veel groter”, vertelt Vié. “We wilden een plek creëren voor alle creatievelingen in Suriname. Een plek voor webdesign, met een dansschool, conservatorium, filmstudio, noem maar op. Jammer genoeg heeft de economische crisis ertoe geleid dat dit plan nooit werkelijkheid is geworden.”
Ondanks de tegenslag hebben de heren alsnog hun plan voor een filmstudio doorgezet. Ze zochten de samenwerking op met Dave Edhard, oprichter van verhuurbedrijf voor camera-accessoires Gripbusters. “We gaan rustig beginnen, maar het plan is om uiteindelijk een filmacademie te kunnen vormgeven”, zegt Vié.
Surinaamse producties
Voor Vié was de keuze voor Suriname snel gemaakt: “Ik houd heel erg van Suriname. Er zijn zoveel tori’s die tot nu toe niet de kans hebben gekregen om opgenomen en uitgezonden te worden.” Met de filmstudio wil hij bijdragen om de kwaliteit van de televisieprogrammering naar een professioneler niveau te tillen. “Het is zonde dat er zo weinig eigen Surinaamse producties op televisie te zien zijn. Het is een land dat rijk is aan heerlijk eten, prachtige muziek en fantastische verhalen die tot nu toe niet zijn vastgelegd voor volgende generaties”, aldus Vié.
Edhard, die de dagelijkse bezigheden in de studio op zich neemt, stemt in met Vié: “Alles bloedt dood op tv. We hebben 57 televisiekanalen, waarvan bijna alles gehackt en geript wordt vanuit Amerika. Wij zijn de vreemde eend in de bijt in Zuid-Amerika en kunnen ons echt gaan onderscheiden door zelf kwalitatieve programma’s te produceren.” De heren dromen over talkshows met confronterende onderwerpen, kookprogramma’s met smakelijke gerechten en het opnemen van bands.
Het hele artikel is te lezen in de septembereditie van Parbode.