Turnster Rine Tjong Kim Sang: ‘Er wordt te weinig geturnd op school’ – Parbode Sneak Peek
Rine Tjong Kim Sang, gepensioneerd lerares lichamelijk opvoeding bij het middelbaar onderwijs, is algemeen leider en hoofdtrainster van de Turnclub DOS, Door Oefening Sterk. Ze vertelt: “Het is begonnen toen ik tijdens mijn gymlessen op de muloschool kinderen ontdekte met talent voor turnen. Ik ben begonnen met een paar leerlingen, na school. Niet bij mij thuis, maar op school. Want de Berkenveldschool had een hele goede gymzaal met alles erop en eraan.”
Tekst Renate Sluisdom
Moesten de kinderen betalen? “Nou”, aarzelt ze, “uiteindelijk ben ik ze vijf gulden gaan vragen, om de huur te kunnen betalen. En de groep groeide, want als kinderen eenmaal ontdekken wat ze allemaal kunnen doen met hun lichaam, gaat er een wereld voor ze open.”
Hoe is het bij u zelf ooit begonnen? “Ik kom uit een groot gezin: ik had zeven broers. Ze deden allen aan sport – bodybuilding en turnen – en namen me op een goede dag mee naar hun turnvereniging Thesos.” En toen ging u naar de Kweekschool? “Ja, naar de Kweekschool inderdaad, maar min of meer tegelijkertijd begon ik als toehoorder op de lerarenopleiding Lichamelijke Opvoeding. Nog voordat ik mijn hoofdakte in handen had, had ik mijn lo-akte Lichamelijke Opvoeding.” Er gebeurden nog meer opmerkelijke dingen.
“Op mijn zestiende werd ik uitgezonden naar de Koninkrijkspelen. Maar dat was niets bijzonders hoor, je weet in het land der blinden is eenoog koning.” Rine Tjong Kim Sang lacht, maar haar bescheidenheid is echt. “In 1980 heb ik in Mexico een high level course in gymnastics gedaan. Er werden sportbeurzen aangeboden en ik werd uitgekozen voor turnen. Ik ben cum laude geslaagd, met zowel voor theorie als praktijk een 9.” Als we onze bewondering en waardering niet kunnen inhouden, tempert ze die: “Ja, maar dan kom je met die kennis terug en dan val je weer terug in dat gedoe van zoveel talent bij de kinderen, maar geen materiaal, of geen locatie, geen mogelijkheden. De laatste tijd heb ik trainers in dienst moeten nemen, het geld gaat schoon op aan trainers en accommodaties.”
Het hele artikel lees je in de novembereditie van Parbode.