Twatwa op bestelling: de verborgen handel in zangvogels – Sneak Peek Parbode
Hoewel het al jaren verboden is twatwa’s te vangen, weten fanatieke zangvogelliefhebbers hemel en aarde te bewegen om hun favoriete fluiters te bemachtigen. Zo’n ‘schatje’ betekent alles voor hen, ze wordt van wieg tot graf verzorgd. “A twatwa fu mi, awinsi y’e gi mi wan milyun dala, mi no seri en gi yu”, beaamt hobbyist Michael Chang Pan Huo.
Tekst Joyce Doekhie
We ontmoeten vogelkenner Michael Chang Pan Huo in de wijk Elisabeth’s Hof, waar hij ons bij zijn poort staat op te wachten. Aan weerszijden van zijn inrit zien we kolossale volières met prachtige siervogels, zoals kamikami’s, powisi’s, fazanten en parkietjes. Een kakofonie van vogelgeluiden verwelkomt ons, terwijl we achter hem de trap oplopen van zijn woonhuis. Heth uis puilt uit van de zangvogels in allerlei soorten kooien, zelfs de slaapkamers zijn erop ingericht. Dit is het resultaat van Chang Pan Huo zijn dertienjarige ‘uit de hand gelopen liefhebberij’. De passie om elke dag met deze dure en veeleisende hobby door te gaan, heeft hij van zijn vader, Rudy Chang Pan Huo, meegekregen. “Elke twatwa-kweker boven zestig jaar kent mijn vader. Zijn kampioens-twatwa heette Darasingh, vernoemd naar een bekende Indiase worstelkampioen. Darasingh was een kampioen en recordhouder, het was de vogel met de meeste slagen per vijftien minuten. Vroeger ging het om de namen van de vogels, nu gaat alle eer naar de eigenaren”, zegt Chang Pan Huo, terwijl hij de deur van de eerste kamer opent. Hier worden drie pikolet–koppels afgescheiden door een tussenschot. Grinnikend trekt hij een van de luiken open, om te laten zien hoe een vrouwtje met een mannetje paart. Het is een moment waarop beide vogels lang hebben gewacht. Nog vóór we met onze ogen hebben geknipperd is het liefdesmoment al voorbij. “Mijn drukker, Status, heeft zijn werk gedaan”, zegt Chang Pan Huo trots, terwijl de lovebirds terugvliegen naar hun respectieve kooien. In de tweede kamer van het huis treffen we baby vogels – twatwa’s en pikolets – aan. We maken kennis met ‘Superwoman’, een potige vrouwtjes-roti die vele eieren uitbroedt, ook van twatwa’s. De verzorging van deze kleintjes neemt de superheldin voor haar rekening. “Alle jonkies blijven hier totdat ze zelfstandig kunnen eten.”
De kunst van het broeden
Het is duidelijk dat Superwoman en de ‘koningdrukkers’ de kern van Chang Pan Huo zijn bedrijf vormen. “Ik wil mijn drukkers (mannetjes, red.) promoten, zodat anderen gebruik kunnen maken van hun diensten”, betoogt Chang Pan Huo, die zijn ervaring met broeden heeft opgedaan toen hij in 2014 namens Suriname een speciale training hiervoor kon volgen in Duitsland.
In een volgende kamer zijn aan weerszijden kooien opgestapeld. Hier zitten vrouwtjes op hun eieren te broeden.
Het hele artikel is te lezen in het decembernummer van Parbode