Verandering begint bij jezelf
Ons onderwijs gaat op de schop. Met de gefaseerde invoering van het elfjarig basisonderwijs, staat vooral leerkrachten en leerlingen een enorme aanpassing te wachten. Want wat beleidsmakers en deskundigen ook bedenken, het is vooral aan de betrokkenen zelf om er een succes van te maken.
Ik bemoei mij traditiegetrouw niet zo met het schoolgaande leven van dochterlief, behalve dat ik haar iedere middag, zodra de laatste bel heeft geklonken, trouw oppik. Maar ik ben de aangewezen persoon voor de buitenschoolse activiteiten. En vooral de ouderochtenden. De school staat ergens te Paramaribo-Noord, met behoorlijk wat snobberige ouders, die niet echt de moeite nemen om contact te zoeken met andere ouders. Ouderochtenden zijn doorgaans toch al niet enerverend, zeker niet als je de ouder van mijn dochter bent, die het braafste meisje van de klas is.
De paar ouderochtenden per schooljaar zijn dus voor mij. Doorgaans betekent dat wat lovende woorden over de vorderingen van dochterlief aanhoren, met een zeldzame keer een kritische kanttekening en af en toe een opsomming krijgen van weer nieuwe regels. Om vervolgens na een paar minuten weer huiswaarts te keren, zonder veel wijzer te zijn geworden wat zich nu echt op een schooldag afspeelt. Dat besefte één van de juffen een jaar of wat geleden ook, dus verzon ze iets nieuws. Voorafgaand aan de ouderochtend had ik eigenlijk al beter moeten weten dat er iets bijzonders zou gaan gebeuren. Alleen het tijdstip al: op zaterdagmorgen! Dat is helemaal geen schooldag. En twee uur lang, zoals aangekondigd in het klassenschrift, was ook al geen goed teken. Maar ja, ik offerde mijn vrije ochtend gedwee op. Nog niet helemaal wakker werd ik in het voor volwassenen uitermate ongeriefelijke bankje van mijn dochter geparkeerd. Zoals ook de ruim twintig andere ouders plaats moesten nemen op het stoeltje van hun kroost. Achttien moeders en twee vaders; de lokale papa is doorgaans niet zo begaan met de ontwikkeling van zijn kind. Zeven ouders lieten het, zoals gebruikelijk, afweten.
Die hadden geen boodschap aan wat komen zou en naar het wel en wee van hun kroost te luisteren. Eerlijk gezegd had datgene wat kwam, zelfs ik niet bij voorbaat kunnen bedenken. Juf Cynthia had zich voorgenomen de ouders te forceren een rollenspel op te voeren, waarbij de papa’s en mama’s zich op haar aanwijzingen moesten gedragen als hun eigen kind. ‘Want’, zo legde de even gezette als gemotiveerde juf uit, ‘een paar kinderen verzieken het voor de rest van de klas’. Ik heb een hekel aan rollenspellen, maar voor mij viel het alleszins mee. Zoals al gezegd, mijn dochter is superbraaf, dus mijn rol beperkte zich tot het keurig maken van de opgegeven sommetjes, terwijl menig andere ouder, haar of zijn kind na-apend en gillend, zeurend of ruzie zoekend, door de klas moest rennen. Voor de ouders uitermate confronterend ‘want dat doet hij of zij thuis nou nooit’. Later besefte ik dat het een briljante actie van de juf was, veel ouders gingen met het idee eindelijk een goed gesprek over de handelwijze van hun kind te hebben gehad, weer naar huis. En hebben daar, vermoed ik, een stevig gesprek gehad met nazaat over zijn of haar gedrag in de klas. Of het ook effect heeft gehad, het even opmerkelijke als unieke initiatief? Ik weet het niet, dat valt ook niet te meten.
Maar deze juf kreeg van mij een tien!
Met dit voorbeeld wil ik vooral benadrukken dat onderwijsvernieuwing valt of staat met de motivatie van betrokkenen, in dit geval de leerkrachten zelf. Als zij de drive en het enthousiasme missen om veranderingen door te voeren, is de introductie van het elfjarig basisonderwijs bij voorbaat tot mislukken gedoemd. Maar hopelijk hebben alle juffen en meesters van onze basisscholen dezelfde instelling als juf Cynthia, dat komt het met die vernieuwing vast wel goed.