Vijfde pand voor Stadsherstel Suriname – Parbode Sneak Peek
Sinds kort is Stadsherstel Suriname eigenaar van een historisch pand aan de Prinsessestraat. De organisatie tracht naar voorbeeld van haar counterpart, Stadsherstel Amsterdam, het gebouwd erfgoed van Paramaribo te redden van de ondergang.
Tekst Robert Alting Beeld Tom Roggen
“Het piept en het kraakt misschien, maar het breekt niet hoor.” De voordeur van de woning aan de Prinsessestraat 47, iets buiten het centrum van Paramaribo, is net door de zeventigjarige Kenneth Woei-a-Tsoi met breekijzer en hamer opengebroken als hij lachend de vertwijfeling bij de bezoeker wegneemt. Het exterieur van het pand mag dan het aangezicht hebben zoals zoveel panden in Paramaribo – alsof het elk moment kan instorten – toch geeft Woei-a-Tsoi de garantie dat het tropenhout nog altijd sterk genoeg is om zonder levensgevaar de nieuwste aanwinst van Stadsherstel Suriname te betreden. “Als je wil, kan je zelfs boven op het balkon een kijkje nemen”, voegt hij toe.
Het is het vijfde pand dat Stadsherstel Suriname heeft verworven en directeur Woei-a-Tsoi is zichtbaar trots. Niet zonder reden. Het pand is kolossaal, heeft drie verdiepingen, zit vol karakteristieke kenmerken, ademt historie en is gelokaliseerd in een mooie straat op een ruim perceel. Zelfs een leek kan zien dat in het gebouw een enorme potentie schuilgaat. Een beetje schuren en een likje verf zal niet genoeg zijn, zo is de situatie ook weer niet, maar een paar goede ambachtslieden moeten hier wel raad mee weten, erkent ook Woei-a-Tsoi, die zegt niet te kunnen wachten totdat de restauratie begint. “Kom over een half jaar weer eens kijken. Je zal niet geloven hoe het pand er dan bij staat.”
Wat doet Stadsherstel Suriname?
Maak kennis met Stadsherstel Suriname, een non-gouvernementele organisatie die sinds 2011 ten doel heeft de wegkwijnende binnenstad van Paramaribo van nieuw elan te voorzien. Dit doet zij met begeleiding van, en op vrijwel gelijke wijze, als Stadsherstel Amsterdam, dat sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw hier doet: door het opkopen, restaureren en exploiteren door verhuur van historische gebouwen met of zonder monumentenstatus maar die in alle gevallen beeldbepalend voor de binnenstad zijn. Stadsherstel Suriname heeft geen winstoogmerk. Er zijn twaalf aandeelhouders, er worden zachte leningen gesloten, met donateurs en huuropbrengsten als financiële basis.
De ondersteuning vanuit Amsterdam komt vooral van hoofd fondsenwerving Stella van Heezik en projectleider Paul Morel, die vanaf het begin bij het project betrokken is. Volgens hem zijn er veel parallellen tussen het naoorlogse Amsterdam en het Paramaribo van nu. “Het ontbreken van een structurele aanpak vanuit de overheid om het erfgoed te behouden, een gebrek aan financiële middelen, de woonfunctie die uit de binnenstad wegtrekt. Het zijn allemaal uitdagingen waarmee wij in Amsterdam bekend zijn.” Van Heezik: “Wij willen onze kennis delen. Het is niet dat wij even wat geld naar Suriname overmaken en klaar. Het moet juist dáár gebeuren.” Morel: “Stadsherstel Suriname is een juridisch-economisch onafhankelijke organisatie die op haar eigen benen staat.”
De opgewektheid van Woei-a-Tsoi heeft deze maandagmiddag in Paramaribo danook vooral te maken met de wijze waarop het pand aan de Prinsessestraat is verworven. In tegenstelling tot de eerste vier objecten die zijn gerenoveerd, hoefde Stadsherstel Suriname dit keer niet de portemonnee te trekken.
Het hele artikel is te lezen in de septembereditie van Parbode.