Voorwoord: De China bucketlist
Torenhoog op de bucketlist van zo’n beetje elk staatshoofd van een ontwikkelingsland, is op staatsaudiëntie gaan bij de Chinese ambtgenoot Xi Jinping. Popelend van ongeduld kondigde president Santokhi dan ook zijn staatsbezoek naar economische reus China maandenlang aan. Toen het moment suprême daar was, zal de voormalige politieagent ongetwijfeld diep onder de indruk zijn geweest van de grootse militaire eer waarmee hij op het Plein van de Hemelse Vrede in Beijing ontvangen werd door de machtige president van de Volksrepubliek.
De Chinese militaire kapel bracht het Surinaams volkslied ten gehore, saluutschoten werden afgevuurd, de twee staatshoofden inspecteerden de erewacht en de militaire ceremonie werd afgesloten met een defilé van het Chinees Volksbevrijdingsleger.
Vervolgens waren daar eindelijk de bilaterale gesprekken tussen de twee presidentiële delegaties, en zou de langverwachte herschikking plaatsvinden van onze staatsschuld van ruim een half miljard US-dollar aan China. Voor zover bekend had de Aziatische reus nimmer een koperen cent kwijtgescholden aan een schuldenaar, maar Chan en BIBIS-koning Albert zouden zoals aangekondigd dit varkentje wel even wassen.
Wie schetst echter onze verbazing toen vanuit China werd gerapporteerd dat ons staatshoofd mede namens zijn Guyanese ambtgenoot een gezamenlijke brief aan de president van China had overhandigd, waarin wordt gevraagd naar een mogelijke concessionele financiering van de geprojecteerde brug over de Corantijnrivier.
Je moet wel heel veel prefuru hebben om als wanbetaler eerst sanering te vragen van een schuld van een half miljard US-dollar en dan, mede namens je buurman, nog een extra 300 miljoen US-dollar lening te bedelen. Een ambitieuze bucketlist hebben is een ding, maar je gastheer tevens (politieke) wereldmacht zo schofferen, dat is andere koek. Deze slecht voorbereide flopreis zal beslist nog een vervelend staartje krijgen.