Weinig hoop voor nieuwe partijen
Als over een jaar de stembiljetten weer mogen worden ingevuld, zullen daar de nodige nieuwe partijen op vermeld staan. De kans dat ze uiteindelijk het volk in het parlement mogen vertegenwoordigen, is uiterst klein. Zeker met het huidige kiesstelsel.
Het is bij iedere stembusgang weer raak: nieuwe partijen schieten in de maanden, of zelfs jaren, daarvoor als paddenstoelen uit de grond. Het zijn vaak ontevreden leden van de gevestigde partijen die het op eigen kracht willen proberen, maar steeds vaker zijn het burgers die genoeg hebben van het huidige politieke klimaat en een andere wind willen laten waaien. Tenminste, dat zeggen ze. Van de meest opvallende nieuwkomers behoort de Partij voor Belangenbehartiging en Ontwikkeling (PBO) van Ronald Hooghart tot de eerste categorie. Hooghart had er genoeg van dat hij binnen de Nationale partij Suriname (NPS) nooit een verkiesbare plaats toebedeeld kreeg of werd voorgedragen voor een leuke ministerspost. Met zijn eigen partij hoopt hij daar verandering in te brengen. Hij gaat zich vooral inzetten voor ‘sterke maatschappelijke hervormingen’. De Progressief Verheffende Partij (PVP) van Roy Bhikharie en Partij voor Integriteit Nationale motivatie en Gelijke kansen (PING) van ondernemer Ramsoender Jhauw behoren tot de tweede groep. Van Bhikharie, onder meer oud-directeur van meelfabriek De Molen maar vooral bekend als kritisch analist, viel te verwachten dat hij ooit de politiek zou in gaan. Hem is wel eens een ministerspost aangeboden, maar daar heeft hij destijds vriendelijk voor bedankt. Jhauw voelde zich enkele maanden geleden zo bedonderd bij de aanbesteding van materiaal voor de brandweer, dat hij zich voornam ten strijde te trekken tegen de corruptie. PING moet wat dat betreft het antwoord zijn. Gevreesd moet echter worden dat de politieke ambities in mei 2015 jammerlijk sneuvelen. Het is maar weinig nieuwkomers gegund om tegen de gevestigde orde op te kunnen boksen. Vooral het oneerlijke kiesstelsel zal ze parten spelen. Immers, het gaat er niet om wie landelijk de meeste stemmen binnenhaalt, maar wie in de districten het best scoort. Daar kunnen andere partijen over meepraten. Zo bleven de BVD en PVF in 2010 verbouwereerd met lege handen achter, terwijl ze met 12.043 stemmen meer kiezers achter zich kregen dan A-Combinatie (11.176 stemmen), die zes zetels kreeg, een stem in het binnenland, waar de aanhang van A-Combinatie zit, telt veel zwaarder dan die van een kiezer in Paramaribo. Alleen DOE van Carl Breeveld redde het, maar moest genoegen nemen met slecht één, terwijl 12.085 de voorkeur aan de partij gaven. Willen Hooghart, Bhikharie en Jhauw een kans van slagen hebben, dat moeten ze van goede huize komen, zich vooral richten op Groot-Paramaribo en de kiezers een verhaal voorschotelen waar ze stijl van achterover slaan. En natuurlijk heel veel geld spenderen en cadeautjes uitdelen, anders leggen ze het zeker af tegen de oude partijen die weer massaal voor Sinterklaas gaan spelen. En daarmee weer het hart van de kiezers winnen. Al is het maar voor even.