Wie betaalt de stormschade?
Ook wie de sibibusi’s en windhozen niet zelf aan den lijve heeft ondervonden, kan de gevolgen van het natuurgeweld niet zijn ontgaan. De televisiebeelden en krantenverslagen spraken boekdelen. In juni was Paramarino-Noord de pineut, in juli leek het alsof er een bom was gevallen in delen van vooral Zorg en Hoop en omgeving. Los van het menselijk leed, was de materiële schade enorm.
Terwijl de zinkplaten daken nauwelijks waren neergestreken alsof het papieren vliegtuigjes waren, verdrongen de getroffenen zich voor de microfoons en camera’s van toegesnelde mediawerkers, om zich hardop af te vragen wat de overheid nu voor ze zou doen. Want zij waren immers slachtoffer en hadden geen geld om alle schade aan hun woning, auto en ander have en goed te laten herstellen. Nu valt het wel te begrijpen dat er zo wordt gereageerd: je hebt de schrik nog in de benen en ziet geen uitweg omdat je letterlijk geen dak meer boven je hoofd hebt. Maar het is wel vreemd om direct van lanti verwachten om over de brug te komen.
Je ziet en hoort het wel vaker bij andere grote en kleine, al dan niet persoonlijke rampen. Vooral na een woningbrand roept de eigenaar vaak dat er steun moet komen vanuit de overheid. En als die er uiteindelijk niet komt, wordt via het televisieprogramma In de branding hulp gevraagd aan goedgelovige burgers en het bedrijfsleven, of een traantje weggepinkt in 1 voor 12. Nooit wordt echter gevraagd waarom men het huis en inboedel niet heeft verzekerd. Volgens verzekeringsmaatschappijen hebben duizenden huizenbezitters nooit de moeite genomen om een polis aan te vragen en een paar honderd srd per jaar aan premie te betalen, zodat de ellende na een brand tenminste beperkt blijft en men moeiteloos opnieuw kan bouwen.
Sinds enkele jaren kun je je in ons land ook verzekeren tegen schade door natuurgeweld. Er worden zelfs speciale dakverzekereringen aangeboden, met het toenemende aantal rukwinden en windhozen geen overbodige luxe. Maar bijna niemand sluit die af, waarschijnlijk onder het mom van ‘mij overkomt zoiets niet’. En daar sta je dan, als het je toch overkomt.
Lees verder in de Parbode van september…