ZIEK VAN DE GOUDKOORTS
Halfslachtig overheidsbeleid, of moeten we zeggen dat het grofweg faalt? Kwikgebruik in een ongeregistreerde kleinschalige goudsector zorgt elke dag voor een onherstelbare schade in het binnenland van Suriname. Tel daarbij op de gevolgen voor volksgezondheid en ecosystemen, en je vraagt je af waarom er niet al lang een gereguleerde sector is.
Dat Suriname rijk is aan mineralen behoeft geen verdere uitleg. We kunnen weer refereren aan het befaamde ‘lijstje van rijkste landen in potentie’, waar ons land in de top 20 staat. Maar wat is de rijkdom hier eigenlijk waard? Wat is het waard als een significant deel van het binnenland bezaaid is met de littekens van gekapte bossen, waar illegale concessies als parasieten aan de unieke wouden knagen en ontgonnen kreken en verlaten mijnen achterlaten? Als de manier waarop het goud gewonnen wordt het milieu en de bewoners van het land schaadt en dit goud vaak niet eens Paramaribo bereikt, maar door illegale buitenlandse mijnwerkers wordt meegenomen?
Moeten we ons bij elke vorm van beleid die iets meer moeite of tijd dan gemiddeld vereist, blijven verbergen achter het argument dat er geen geld is? Kan er met het aanboren van fondsen, hulp van niet-gouvernementele organisaties en inspiratie uit andere landen niet al heel veel worden bereikt? Of kunnen we constateren dat de overheid eigenlijk helemaal geen behoefte heeft aan een gereguleerde kleinschalige sector, simpelweg omdat er andere belangen meespelen?
Parbode sprak met diverse experts, op zoek naar antwoorden op deze vragen. Lees het in de septembereditie.