Ziekenhuizen houden rug recht tijdens coronacrisis – Parbode Sneak Peek
Er is nog een lange weg te gaan in de strijd tegen COVID-19. Hoe vecht de Surinaamse zorgsector, die zelf op apegapen ligt, tegen deze onzichtbare vijand? “Volledig afgesloten met plastic in een rolstoel, begeleid door een verpleegster in PPE-kleding en iemand met een desinfecterende spuitbus erachteraan. Zo werd de eerste COVID-19-patiënt binnengebracht”, zegt de 32-jarige directeur van het Regionaal Ziekenhuis Wanica, Jason van Genderen. Hij kan er nu om lachen, maar op dat moment allerminst.
Tekst Arjen Stikvoort
Niet lang nadat het Regionaal Ziekenhuis Wanica op 7 februari 2020 technisch was opgeleverd, stond ziekenhuisdirecteur Van Genderen direct een zware klus te wachten. Het coronavirus stond voor de deur, maar het ziekenhuis was bij de oplevering nog niet gereed om ‘volledige’ gezondheidszorg aan Suriname te leveren. “We waren nog totaal niet ‘medical equipped’. We hadden weinig medische apparatuur, geen deskundigheid, maar we beschikten wel over zes isolatieruimtes. Die zouden goed van pas kunnen komen om personen besmet met het COVID-19-virus op te vangen.”
Van Genderen kon geen nee zeggen toen de directeur van Volksgezondheid informeerde of COVID-19-patiënten konden worden gehospitaliseerd. Er was geen tijd te verliezen, er moest zorg worden verleend. “Ik stond erop dat we als ziekenhuis alleen operationeel zouden gaan, als we ook volledig voorzien waren van alle middelen. Als we patiënten zouden opnemen, moesten we hen de beste zorg kunnen geven. Ook als hun toestand achteruit zou gaan.”
Om dit te bewerkstelligen werd met het Academisch Ziekhuis Paramaribo (AZP) nauw samengewerkt op personeels- en logistiekgebied. Ook kwam er ondersteuning van andere ziekenhuizen die met COVID-19-zorg belast waren. Goede diagnostiek, thorax- en echoapparatuur, radiologie en prik- en labfaciliteiten moesten allemaal nog geregeld worden, legt Van Genderen uit. “Met spoed werden die vanuit andere ziekenhuizen en gezondheidscentra zoals RGD en BOG naar het Regionaal Ziekenhuis Wanica gebracht. Daarnaast moesten de artsen en verpleegkundigen, die net als de rest van de wereld nog weinig of niets van het virus wisten, opgeleid worden. Informatie over dit onbekende, zeer besmettelijke en levensbedreigende virus en hoe er mee om te gaan was essentieel.” Het was een rollercoaster waarin Van Genderen en zijn team terechtkwamen.
Terwijl het personeel van het ziekenhuis druk bezig was met het gereed maken van de isolatieruimten, kreeg Van Genderen van toenmalig Volksgezondheidsminister Antoine Elias te horen dat er ook nog afdelingen van 20-25 bedden operationeel gemaakt moesten worden. Ondanks alle drukte, stress en angst voor dit nieuwe virus, was het personeel zeer positief ingesteld, weet Van Genderen. “Met deze positieve instelling en hun keiharde werken is het gelukt het ziekenhuis op tijd operationeel te krijgen voor de COVID-19-patiënten.” Verpleegkundigen, schoonmakers, keukenpersoneel, de bewaking en de specialisten stonden en staan nog steeds 24 uur per dag klaar om de pandemie uit te bannen. Dat ze dit zo liefdevol doen, ondanks de hoge druk en het hoger risico dan normaal, daar is Van Genderen trots op.
Lees het hele artikel in het decembernummer van Parbode